5
der Regeering van Nederlandsch-Indië in het belang der openbare rust en orde aan
a. Tjipto Mangoenkoesoemo,
b. R.M.Soewardi Soerjaningrat,
a en b. te Bandoeng,
a. het eiland Banda (residentie Amboina)
b. het eiland Banka
tot verblijf aan te wijzen, met bepaling, dat hem, gerekend van den dag, waarop hem de genomen beschikking zal zijn beteekend, een termijn van dertig dagen wordt gelaten tot het stellen van orde op zijne zaken.
Ten tweede: Den Resident der Preanger-Regentschappen op te dragen
a. om artikel 1 van dit besluit van verwijdering bij gerechtelijke akte aan de betrokkenen te doen beteekenen en voorts aan de genomen beschikking uitvoering te geven;
b. om op de betrokkenen, in afwachting van hunne verwijdering een voldoend politietoezicht te doen uitoefenen.
Ten derde: Te bepalen dat Tjipto Mangoenkoesoemo en R.M. Soewardi Soerjaningrat en casu quo hunne wettige gezinnen, bijaldien deze mochten wenschen zich aldaar bij hen te voegen, voor rekening van den Lande naar de plaats hunne bestemming zullen worden overgevoerd.
Ten vierde: Den Directeur van Binnenlandsch Bestuur uit te noodigen spoedigst een voorstel te doen nopens de toekenning van onderstand aan de in dit besluit genoemde Inlanders.
Extract