Deze pagina is proefgelezen
III
dat U en de Uwen tot in den eeuwigen lengten der dagen .... moet houden in het b....llige ........, maar Uw reinheidsgevoelens zeggen U, dat Uwe aanwezigheid hinderlijk is voor de zuivere gang van zaken.
Uw wensch in dezen om de absolute reinheid van handeling te verwerkelijken, zal dan de vergedreven kuischheid, niet een zege zijn, zal den weldadigigen invloed missen, zal de welbron verzengen.
Gij blijft, waar Gij eens het zaad hebt gestort, het zaad der geestelijke bevrijding.
Het past den Aartsvader der Familie niet, om op zijn