Pagina:Uit het Land der Middernachtzon.djvu/104

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

zou wezen, als dat sleuteltje nu juist paste op het kistje, want dat was met een slotje gesloten.

Hij nam dus het sleuteltje uit zijn' zak , blies eerst in 't pijpje van den sleutel en toen in het sleutelgat, stak vervolgens het sleuteltje in het gat en draaide het om. En ja, "knip! knap!" ging het en toen hij het deksel optilde, was het kistje open. Maar wie kan nu raden, wat er in het kistje lag? — Goud of zilver, diamanten of paarlen? — Och, houd maar op, niemand raadt het. Het was — het was — een kalverstaart en als de kalverstaart langer was geweest, dan was ook dit sprookje langer geweest.