Pagina:Verdrag van Lissabon (Publicatieblad van de EU, 51e jrg. 9 mei 2008).pdf/240

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

HOOFDSTUK IV
MONETAIRE FUNCTIES EN WERKZAAMHEDEN VAN HET ESCB

Artikel 17
Rekeningen aangehouden bij de ECB en de nationale centrale banken

Teneinde hun werkzaamheden te kunnen verrichten, zijn de ECB en de nationale centrale banken gerechtigd rekeningen te openen ten behoeve van kredietinstellingen, openbare lichamen en andere marktpartijen, en activa, waaronder girale effecten, in onderpand te aanvaarden.

Artikel 18
Open markt- en krediettransacties

18.1. Om de doelstellingen van het ESCB te kunnen verwezenlijken en de taken ervan te kunnen vervullen, mogen de ECB en de nationale centrale banken: {{Alinea|2em|-2em| — in de financiële markten opereren door aan- en verkoop, hetzij onvoorwaardelijk (contant en op termijn) hetzij onder beding van wederverkoop, respectievelijk wederaankoop, door het in lening geven of nemen van vorderingen en verhandelbaar papier, luidende in euro of andere valuta's, evenals van edele metalen; {{Alinea|2em|-2em| — krediettransacties verrichten met kredietinstellingen en andere marktpartijen, waarbij de verleende kredieten worden gedekt door toereikend onderpand.

18.2. De ECB stelt de algemene grondslagen vast voor door haarzelf of de nationale centrale banken uit te voeren open markt- en krediettransacties, waaronder mede begrepen die voor de aankondiging van de voorwaarden waaronder zij bereid zijn dergelijke transacties aan te gaan.

Artikel 19
Minimumreserves

19.1. Behoudens artikel 2 kan de ECB eisen dat in de lidstaten gevestigde kredietinstellingen met het oog op de doelstellingen van het monetair beleid op rekeningen bij de ECB en nationale centrale banken bepaalde minimumreserves aanhouden. De Raad van bestuur kan voorschriften omtrent de berekening en vaststelling van de verplichtingen inzake minimumreserves vaststellen. Indien aan deze voorschriften niet wordt voldaan, is de ECB gerechtigd boeterente te heffen alsmede andere sancties met een vergelijkbaar effect op te leggen.

19.2. Voor de toepassing van dit artikel stelt de Raad volgens de procedure van artikel 41 de grondslag voor de minimumreserves en de maximaal toelaatbare ratio's tussen die reserves en hun grondslag vast, alsook passende sancties bij niet-naleving.