Pagina:Verdrag van Lissabon (Publicatieblad van de EU, 51e jrg. 9 mei 2008).pdf/305

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Indien Denemarken bij het verstrijken van deze termijn van twee maanden vanaf de vaststelling door de Raad nog geen mededeling uit hoofde van artikel 3 of artikel 4 heeft gedaan, is de bestaande maatregel niet langer bindend voor of van toepassing op Denemarken, tenzij het vóór de inwerkingtreding van de wijzigingsmaatregel een mededeling uit hoofde van artikel 4 heeft gedaan. Deze situatie wordt van kracht vanaf de datum van inwerkingtreding van de wijzigingsmaatregel of de datum waarop de termijn van twee maanden verstrijkt, al naargelang welk tijdstip later valt.

Voor de toepassing van dit lid neemt de Raad, na een grondige bespreking van deze aangelegenheid, een besluit met een gekwalificeerde meerderheid van de stemmen van de leden die de lidstaten vertegenwoordigen welke aan de aanneming van de wijzigingsmaatregel deelnemen of hebben deelgenomen. Een gekwalificeerde meerderheid van stemmen in de Raad is de meerderheid in de zin van artikel 238, lid 3, onder a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

3. De Raad kan met gekwalificeerde meerderheid op voorstel van de Commissie een besluit vaststellen waarbij bepaald wordt dat de eventuele directe financiële gevolgen die noodzakelijkerwijs en onvermijdelijk voortvloeien uit de beëindiging van de deelname van Denemarken aan de bestaande maatregel door Denemarken zullen worden gedragen.

4. Dit artikel laat artikel 4 onverlet.

Artikel 6

1. De in artikel 4 bedoelde kennisgeving vindt uiterlijk zes maanden na de definitieve vaststelling van een maatregel plaats, indien die maatregel een uitwerking van het Schengenacquis inhoudt.

Indien Denemarken aangaande die maatregelen de in de artikelen 3 en 4 bedoelde kennisgeving nalaat, overwegen de lidstaten die door die maatregelen gebonden zijn en Denemarken welke passende stappen moeten worden ondernomen.

2. Een kennisgeving overeenkomstig artikel 3 met betrekking tot maatregelen die een uitwerking van het Schengenacquis inhouden, wordt onherroepelijk geacht een kennisgeving overeenkomstig artikel 3 te zijn ten aanzien van elk ander voorstel of initiatief dat een uitwerking van die maatregel inhoudt, voor zover dat voorstel of initiatief een uitwerking van het Schengenacquis inhouden.

Artikel 7

Denemarken zal niet gebonden zijn door de op de op grond van artikel 16 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie vastgestelde regels die betrekking hebben op de verwerking van persoonsgegevens door de lidstaten bij de uitoefening van activiteiten die binnen het toepassingsgebied van deel III, titel V, hoofdstuk 4 of 5, van dat Verdrag vallen, wanneer Denemarken niet gebonden is door de regels van de Unie betreffende de vormen van justitiële samenwerking in strafzaken of van politiële samenwerking in het kader waarvan de op grond van artikel 16 vastgestelde bepalingen moeten worden nageleefd.

Artikel 8

Indien Denemarken, in gevallen als bedoeld in dit deel, gebonden is door een door de Raad overeenkomstig deel III, titel V, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie vastgestelde maatregel, zijn de desbetreffende bepalingen van de Verdragen van toepassing op Denemarken wat betreft die maatregel.

Artikel 9

Indien Denemarken niet gebonden is door een overeenkomstig deel III, titel V, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie vastgestelde maatregel, mag deze maatregel voor Denemarken geen andere financiële gevolgen hebben dan de ermee gepaard gaande administratieve kosten voor de instellingen, tenzij de Raad met eenparigheid van stemmen van al haar leden anders besluit, na raadpleging van het Europees Parlement.