Pagina:Vergif.djvu/17

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
 

II

Kleine Marius was Abrahams beste vriend en Abraham was het ideaal van kleinen Marius.

Ze waren gewoon om thuis samen hun lessen te leeren op Abrahams kamer; en men zou zich moeilijk kunnen denken hoe Marius zich zonder dien steun op school had kunnen redden. Want kleine Marius was heel zwak in alles,—behalve in latijn.

Maar latijn, dat was zijn vak en dat kende hij.

Welke vorm of bijvorm, welke onregelmatigheid of regel, welke uitzondering er ook verborgen lag in de diepste plooi van het aan plooien zoo rijke omhulsel der grammatica van Madvig,—kleine Marius wist er bescheid op te geven.

Marius had zich onderscheiden van af den eersten dag toen de rector hem „mensa" ter declinatie had gegeven.