Pagina:Verzameling van Nederlandse staatsregelingen (1798-1815).djvu/77

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

Uitvoerend Bewind, ten spoedigsten, bij Proclamatie, aan den Volke bekend maaken den uitslag der stemming, bij meerderheid, van alle de Grond-Vergaderingen.

25. De alzoo goedgekeurde Artikelen der Staatsregeling hebben, oogenbliklijk, na derzelver af kondiging, kragt van Wet.

26. Alle de voorgestelde veranderingen verworpen zijnde, blijft de Staatsregeling, voor den tijd van vijf volgende jaaren bekragtigd.

27. Na verloop van dien tijd, en vervolgends van vijf tot vijf Jaaren kan 'er eene nieuwe Herziening der Staatsregeling plaats hebben, doch alleenlijk in dezer twee gevallen :

a. Dat het Vertegenwoordigend Ligchaam, op een beredeneerd voorstel van de Eerste Kamer, door, de Tweede Kamer goedgekeurd, verklaard de noodzaaklijkheid der herziening van één of meer Artikelen der Staatsregeling.
De drie lezingen van zoodanig voorstel geschieden in elke der beide Kamers, van tien tot tien Dagen telkens. Tot het opmaaken van een besluit dienaangaande, word in iedere Kamer vereischt de volstrekte meerderheid van stemmen van alle derzelver Leden, daartoe vooraf uitdruklijk opgeroepen.
Een zoodanig voorstel der Eerste Kamer kan door de Tweede Kamer niet verworpen worden, dan met eene meerderheid van twee derden van het volle getal haarer Leden.
b. Of wel, dat vijftien-duisend stembevoegde Burgers binnen de zes laatste Maanden van het tiende, vijftiende, of twintigste Jaar enz., zich met individueele en geteekende voordragten tot verandering van hetzelfde Artikel of Artikelen der Staatsregeling, hebben vervoegd bij het Vertegenwoordigend Ligchaam. Deze voordragten moeten duidlijk aanwijzen het Artikel of de Artikelen, waarin men verandering begeert en de voorgeslagen verandering zelve. Voords, moeten dezelven bekragtigd zijn met een getuigenis der Gemeente-Bestuuren, aangaande de stembevoegdheid van derzelver Teekenaaren.

28. Eén van beiden, of ook beide deze gevallen plaats hebbende, doet het Vertegenwoordigend Ligchaam, door het Uitvoerend Bewind, daarvan, bij Publicatie, aan den Volke kennis geven, en alle de Grond-Vergaderingen in de Republiek tegen zekeren bepaalden Dag, oproepen om van artikel tot artikel te beslissen, of de Herziening al of niet zal plaats hebben.

29. De uitslag der stemming word, wederom, door den Voorzitter van elke Grond-Vergadering, aan het Uitvoerend Bewind toegezonden, en uit alle de ingekomen berigten, door hetzelve opgemaakt de beslissende uitspraak des Volks, waarvan aan het Vertegenwoordigend Ligchaam en aan het Volk, bij Publicatie, ten spoedigsten word kennis gegeven.