- 2. Het bestuurscollege laat de kennisgeving of terinzagelegging
achterwege voor zover deze in strijd is met het openbaar belang.
- 3. Het bestuurscollege maakt de besluitenlijst van zijn vergaderingen
terstond na de vaststelling daarvan openbaar op de in het openbaar lichaam gebruikelijke wijze. Het bestuurscollege laat de openbaarmaking achterwege voor zover het aangelegenheden betreft ten aanzien waarvan op grond van artikel 66 geheimhouding is opgelegd of ten aanzien waarvan openbaarmaking in strijd is met het openbaar belang.
AFDELING IV. DE GEZAGHEBBER
Artikel 73
- 1. De gezaghebber wordt bij koninklijk besluit op voordracht van Onze
Minister benoemd en herbenoemd voor de tijd van zes jaar. Hij kan te allen tijde bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister worden ontslagen.
- 2. De Rijksvertegenwoordiger maakt voor elke door benoeming te
vervullen plaats een met redenen omklede aanbeveling op. Alvorens zijn aanbeveling te doen verzoekt hij de eilandsraad, gehoord het bestuurscollege, zijn gevoelen kenbaar te maken met betrekking tot de aan de te benoemen gezaghebber te stellen eisen van bekwaamheid en geschiktheid.
- 3. De eilandsraad kan uit zijn midden een vertrouwenscommissie
instellen belast met de beoordeling van de op haar verzoek door de Rijksvertegenwoordiger daartoe geselecteerde kandidaten. De eilandsraad stelt het bestuurscollege in de gelegenheid een eilandgedeputeerde af te vaardigen die als adviseur aan de vertrouwenscommissie wordt toegevoegd. De vertrouwenscommissie brengt vertrouwelijk verslag uit van haar bevindingen aan de Rijksvertegenwoordiger.
- 4. Onverminderd het bepaalde in het tweede en derde lid kunnen bij
algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld omtrent de bij benoeming te volgen procedure.
- 5. De Rijksvertegenwoordiger doet een voorstel tot herbenoeming. Bij
algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de wijze waarop de eilandsraad in verband daarmee zijn gevoelen omtrent het functioneren van de gezaghebber kenbaar kan maken aan de Rijksvertegenwoordiger.
Artikel 74
- 1. De gezaghebber kan bij koninklijk besluit worden geschorst.
- 2. Onze Minister kan, in afwachting van een besluit omtrent schorsing,
bepalen dat de gezaghebber zijn functie niet uitoefent.
- 3. Een besluit als bedoeld in het tweede lid vervalt, indien niet binnen
een maand een besluit omtrent de schorsing is genomen.
Artikel 75
Voor de benoembaarheid tot gezaghebber is het Nederlanderschap vereist.
Artikel 76
Dezelfde persoon kan niet in meer dan een openbaar lichaam tot gezaghebber worden benoemd.