Naar inhoud springen

Pagina:Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.pdf/46

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Artikel 184

1. De gezamenlijke rekenkamer is bevoegd alle documenten die berusten bij de eilandsbesturen te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht.
2. Het eilandsbestuur verstrekt desgevraagd alle inlichtingen die de gezamenlijke rekenkamer ter vervulling van haar taak nodig acht.
3. Indien de zorg voor een administratie aan een derde is uitbesteed, is het eerste lid van overeenkomstige toepassing op de administratie van de betrokken derde dan wel van degene die de administratie in opdracht van die derde voert.

Artikel 185

1. De gezamenlijke rekenkamer heeft de in de volgende leden vermelde bevoegdheden ten aanzien van de volgende instellingen en over de volgende periode:
a, samenwerkingslichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld krachtens de Wet gemeenschappelijke regelingen, waaraan de openbare lichamen deelnemen, over de jaren dat door de openbare lichamen aan de regeling wordt deelgenomen;
b, naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid waarvan een openbaar lichaam meer dan vijftig procent van het geplaatste aandelenkapitaal houdt, over de jaren dat het desbetreffende openbaar lichaam meer dan vijftig procent van het geplaatste aandelenkapitaal houdt;
c, andere privaatrechtelijke rechtspersonen waaraan een openbaar lichaam of een derde voor rekening en risico van het openbaar lichaam rechtstreeks of middellijk een subsidie, lening of garantie heeft verstrekt ten bedrage van ten minste vijftig procent van de baten van deze instelling, over de jaren waarop deze subsidie, lening of garantie betrekking heeft.
2. De gezamenlijke rekenkamer is bevoegd bij de betrokken instelling nadere inlichtingen in te winnen over de jaarrekeningen, daarop betrekking hebbende rapporten van hen die deze jaarrekeningen hebben gecontroleerd en overige documenten met betrekking tot die instelling die bij het eilandsbestuur berusten. Indien een of meer documenten ontbreken, kan de gezamenlijke rekenkamer van de betrokken instelling de overlegging daarvan vorderen.
3. De gezamenlijke rekenkamer kan, indien de documenten, bedoeld in het tweede lid, daartoe aanleiding geven, bij de betrokken instelling dan wel bij de derde die de administratie in opdracht van de instelling voert, een onderzoek instellen. De gezamenlijke rekenkamer stelt de eilandsraad en het bestuurscollege van het betrokken openbare lichaam van haar voornemen een dergelijk onderzoek in te stellen in kennis.

Artikel 186

1. De gezamenlijke rekenkamer legt haar bevindingen en haar oordeel vast in rapporten, met dien verstande dat hierin niet worden opgenomen gegevens en bevindingen die naar hun aard vertrouwelijk zijn.
2. De gezamenlijke rekenkamer deelt aan de eilandsraad en het bestuurscollege van het betrokken openbaar lichaam en, indien van toepassing, aan de betrokken instelling, de opmerkingen en bedenkingen mee die zij naar aanleiding van haar bevindingen van belang acht. Aan de eilandsraad of het bestuurscollege kan zij ter zake voorstellen doen.
3. De gezamenlijke rekenkamer stelt elk jaar voor 1 april een verslag op van haar werkzaamheden over het voorgaande jaar. Het verslag wordt door de gezamenlijke rekenkamer aan de eilandsraden en de bestuurscolleges van de openbare lichamen gezonden.