Pagina:WitteHeinrich DriekleurigeViooltje1875.djvu/43

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
25
DE FAMILIE STOLMAN.

Noordwest, en er worden wel eens stormachtige wolken op zijn voorhoofd zichtbaar; hij kan dan soms wel wat ruw voor den dag komen, inzonderheid voor de ooren zijner twintigjarige dochter Mina; maar een oogwenk zijner vrouw is voldoende om hem te doen begrijpen, dat hij zijn tong teveel vrijheid gaf; dán strijkt hij gewoonlijk zijn knevels op, geeft een onhandige wending aan 't gesprek, en verlaat zoo spoedig mogelijk de kamer. Die hem bij zulke gelegenheden in den tuin volgde en hem hoorde pruttelen, wijl hij meende zijn gezag teveel uit zijn handen te hebben gegeven, zou hem voor een ongelukkig man houden. Komt hij echter, na verloop van een half uur, terug, dan blijkt uit zijn tevreden gezicht genoeg, dat hij tot de overtuiging kwam, dat 't zoo beter is dan anders.

Zijn vrouw is zijn hulp, zijn raad, zijn engel, zijn god, zijn álles. Zijn dochter is in zijn oogen nog altijd het kleine popje, dat hij weleer op zijn knieën liet dansen, maar dat slechts wat grooter is geworden. Dat Mina, sedert zij buiten kwamen wonen, voor een goed deel de zorg voor de dagelijksche huishouding op zich heeft genomen, vindt hij