Naar inhoud springen

Pagina:Witte 1888 Wilde rozen.djvu/235

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
219
EEN MOOIE PLANT MET EEN LEELIJKEN NAAM.

De bloemhoofdjes zijn inderdaad groot, ofschoon niet grooter dan ze reeds vroeger waren, maar de verscheidenheid in kleur is keurig. Het blijkt een krachtig, zeer mildbloeiend ras te zijn en laat letterlijk niets te wenschen over.

De S. atropurpurea wordt ook wel als tweejarig opgegeven; inderdaad geloof ik wel dat, als de winter er niet tegen had, de planten langer zouden leven dan men dit van éénjarigen gewoon is; men zal echter wijs doen haar als éénjarig te beschouwen en te behandelen.

Deze zeer oude, maar altijd nog gewaardeerde plant verdient zeker wel aanbeveling voor hen, die haar wellicht niet kennen, of... herinnering voor wien ze uit de gedachten ging.