Zachtjes gaan de paardenvoetjes

Uit Wikisource
< Portaal:Muziek
   Zie ook
Sinterklaaslied in Wikipedia

Zachtjes gaan de paardenvoetjes is een sinterklaaslied. De tekst is geschreven door Simon Abramsz. De gebruikte melodie is gecomponeerd door Enrique Granados, valses poeticos No. 1. Melodic Waltz. Het lied werd voor het eerst gepubliceerd in: Simon Abramsz, Van Sinterklaas en Pieterbaas: twaalf sinterklaasliedjes met pianobegeleiding (Zutphen, 1911).

Zoals gebruikelijk bij volksliedjes en liedjes die mondeling worden overgeleverd of in de traditie van de actieve zangbeoefening staan, kent ook dit liedje tekstvarianten. Gebruikte bron: Abramsz, 1926 (3e druk).

Zoetjes gaan de paardenvoetjes -
Trippel, trappel, trippel, trap...
Dat is 't paard van Sinterklaasje -
Stippe, stappe, stippe, stap.
't Schimmeltje draagt met gemak
Sinterklaasjen over 't dak.
't Schimmeltje draagt met gemak
Sinterklaasjen over 't dak.
't Paardje kan den weg wel vinden -
Trippel, trappel, trippel, trap...
In het heldre maneschijntje -
Stippe, stappe, stippe, stap,
't Paardjen is nog lang niet moe,
Maar ik moet naar bedje toe.
't Paardjen is nog lang niet moe,
Maar ik moet naar bedje toe.
'k Hoor de vlugge paardenvoetjes -
Trippel, trappel, trippel, trap...
In mijn lekker warme bedje -
Stippe, stappe, stippe, stap,
En ik droom van Sinterklaas
En zijn zwarten Pieterbaas.
En ik droom van Sinterklaas
En zijn zwarten Pieterbaas.

In: Simon Abramsz, Van Sinterklaas en Pieterbaas (Velp, 1926, 3e druk).

Varianten:

  • Eerste couplet, r. 1: 'Zachtjes gaan de'.
  • Eerste couplet, r. 3: ' 't Is het paard'.