Naar inhoud springen

Algemeen Handelsblad/1854/Nummer 7027/De uitslag der verkiezingen

Uit Wikisource
‘De uitslag der verkiezingen’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit het Algemeen Handelsblad, maandag 19 juni 1854, [p. 1]. Publiek domein.
[ 1 ]

DE UITSLAG DER VERKIEZINGEN.

De constitutionnele partij mag met groot genoegen terug zien op het resultaat der jongste verkiezingen; wel was niet overal de uitslag naar wensch, — het zou vermetel geweest zijn het te durven verwachten, — maar de constitutionnele partij heeft niet één lid verloren, en daarentegen een vijftal gewonnen; terwijl in twee districten haar bij de herstemming nog eene kans overblijft. Maar, wat spreken wij van het aantal overwinningen — terwijl wij in de eerste plaats gewagen moesten van het overgroote gewigt, hetwelk de keuze ven twee hunner in de schaal der politieke berekening leggen moet.
Van Zuylen van Nyevelt en Dullert zijn weder leden der Kamer; twee hoofden der zoogenaamde anti-revolutionaire partij hebben voor hen moeten wijken. Dit verschijnsel, hetzij op zich zelf, hetzij in verband tot de beweging van het vorige jaar, is hoogst opmerkelijk en verblijdend. Wij zullen den lof van de beide vroeger verongelijkte leiders der constitutionnele partij, die thans voor de Kamer gewonnen zijn, niet uitgalmen, evenmin als wij de verdiensten zullen opsommen van Anemaet, Huguenin en Hoynck van Papendrecht; maar wij vermelden het met erkentelijkheid aan de kiezers en met blijmoedige hoop voor de toekomst, dat dit vijftal in de plaats gekomen is voor Groen van Prinsterer, v. d. Brugghen, Schnurbeque Boeije, Sleeswijk Vening en Baud, die door Rotterdam is ter zijde gesteld.
Het is waar, wij hebben het reeds meermalen hooren zeggen: „een man als Groen mogt in de Kamer niet ontbreken;” ons antwoord kon daarop zeer uitvoerig zijn; maar wij bepalen ons tot de volgende opmerkingen; de keuze van Groen te Zwolle was slechts het gevolg van tweespalt tusschen de kiezers, geenszins de vrucht van overtuiging der meerderheid; de partij van Groen vertegenwoordigt geen regeringsbeginsel, zij is tot handelen onbekwaam, en daar zij alleen afbreken, met opbouwen kan, is hare representatie in de Kamer schier geheel overbodig.
Wij zien in den uitslag der verkiezingen het bewijs, dat de regtstreeksche verkiezing een getrouwe afdruk is van den geest en de wenschen der natie: verleden jaar, in de hitte der Aprilbeweging droegen overal schier de keuzen er de meest stellige blijken van; dit jaar, nu het gestel meer kalmte verkregen heeft, is overal waar verleden jaar gestreden werd , door de constitutionele partij terrein gewonnen, en op vele plaatsen gezegepraald, waar het vroeger onmogelijk werd geacht. De rigting der natie, haar streven, is naar een liberaal gouvernement onder constitutionelen regeringsvorm; die rigting kan tijdelijk worden beneveld door kerkelijke of andere vete, maar het gezond verstand der natie voert haar toch weder daarheen; het gouvernement zal derhalve wijs doen, indien, gelijk het reeds schijnt te willen, het dien liberalen geest huldigt en aan die liberale, degelijke, gematigde leden zich aansluit, die even wars zijn van factiegeest als van reactie, van revolutie als van autocratie.
Over de herstemmingen spreken wij nader.