Naar inhoud springen

Amsterdamsche Courant/1758/Nummer 53/Berlyn den 25 April

Uit Wikisource
‘Berlyn den 25 April’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Amsterdamse Donderdagse Courant, 4 mei 1758, [p. 1]. Publiek domein.

[ 1 ]Berlyn den 25 April. De capitulatie pointen waar op zig de veſting SCHWEIDNITZ aan onze troupen heeft overgegeeven, zyn de volgende. 1. Word verzogt dat het geheele guarnizoen, zonder eenige uitzondering, eene vrye aftogt zal toegeſtaan worden, en dat ieder battaillon 2 veldſtukken, en behalven dat geſchut nog 2 mortieren, 126 ſchooten voor ieder ſtuk kanon, en 60 voor elk man zo ruitery als voetvolk zal konnen mede neemen. Dat het zelve alle hunne bagagien zal behouden, en dat het geene ’t welk zy niet gevoeglyk mede konnen neemen, hen nagezonden zal worden. Voorts dat de bezetting met vliegend vaandel, ſlaande trom en veldmuzyk mag uittrekken. 2. Dat aan de officieren die niet genoegzaam van paarden voorzien zyn, de benoodigde voorſpan-wagens, tot tranſporteering hunner bagagien, gratis in de eerſte keizerl. koningl. veſting zullen gegeven worden. 3. Dat het guarnizoen door de naaſte weg naar de aangeweeze keizerl. koningl. veſting mag worden geëscorteerd. „Deeze 3 pointen zyn geheellyk afgeſlaagen. Alleenlyk heeft men het guarnizoen vergund om met hun volle geweer en vliegend vaandel uit te trekken en door de koningl. pruiſſiſche armée te marſcheeren, wanneer de manſchap egter het geweer moet overgeeven, en alle de cavallery-paarden met hunne toeruſting en geweer getrouwelyk moeten overhandigen, om in ’t vervolg door de koningl. pruiſſiſche ruitery overgenoomen en naar Breslau vervoerd te konnen worden. De equipagien der officieren van ’t guarnizoen, als mede de knapzakken voor de onder-officieren en gemeenen, worden vrye vervoering toegeſtaan; doch het leeveren van voorſpan-wagens is abſolut geweigerd. 4. Dat de krygskas die zig tot onderhoud der regimenten aldaar bevind, mag worden mede genomen. „Dit is afgeſlaagen„ dewyl alle de keizerl. koningl. kaſſen, benevens de regiments kaſſen aan de Pruiſſiſche commiſſariſſen moeten worden overgeleeverd. 5. Dat men de battaillons en esquadrons, naar den afmarſch, met brood en vourage zal moeten voorzien. „Is toegeſtaan dat men dezelve, in de plaatſen daar zy aankomen, van al het nodige zal bezorgen. 6. Dat men de zieken en gekwetſten zal bezorgen en met al het nodige voorzien, en dat men dezelve, zo dra ze herſteld zullen zyn, behoorlyke paſſen zal geven, en naar hunne reſpeftive regimenten zenden, als mede dat men by hen een officier zal laaten blyven. „Antwoord, voor de gekwetſten zal men vlytig zorge draagen, doch zy blyven alle krygsgevangen, eeven als het geheele guarnizoen. 7. Dat alle de krygsgevangenen, zo voor als by de beleegering gemaakt, ter uitwiſſeling in reekening gebragt, of tegen de geene die van ons guarnizoen in den nagt van den overgang krygsgevangen gemaakt zyn, hoofd voor hoofd zullen overgeleeverd worden. „Dit is afgeſlaagen, moetende zig alle de krygsgevangenen, die zig in Schweidnitz bevinden, des anderendaags ’s morgens ten 8 uuren overgeven, als mede de geene die op hun woord van eer zyn losgelaaten geworden. 8. Dat men aan het guarnizoen 10 bedekte wagens zoude toeſtaan, dewelke op geenerley voorwendſel zouden konnen geviſiteerd worden. „Geheellyk van de hand afgeweezen. 9. Dat de geheele magiſtraat en alle de overige keizerl. bedienden by hunne chargien zouden mogen blyven; doch dat het den geene, die niet wilden continueeren, zoude vryſtaan hunne ampten neder te leggen, en zig met hunne effecten naar elders begeeven. „Rond uit geweigerd, wyl zulks van den Koning afhangkelyk is. 10. Dat de Land-raad, die reeds voor de bezetting der veſting alhier geweeſt is, en niet weg heeft konnen komen, ook vry uittrekken, en zig naar deszelfs landgoederen mag begeeven. „Hier op is geantwoord, dat de Land-raad kan hier blyven, of naar zyne goederen gaan, doch moet alle archiven en andere papieren, zo wel van de ſtad als van de Schweidnitzer Kreitz, getrouwelyk overleeveren. 11. Dat het guarnizoen, van nu af aan, nog 4 dagen hier mag blyven, om zig tot den afmarſch gereed te maaken. „Is beſlooten, dat het guarnizoen den 18 des morgens ten 8 uuren zoude uittrekken. 12. Dat men kort na de geſloote capitulatie eene poort aan de koningl. pruiſſiſche troupen mogte inruimen. „Hier op is geantwoord, dat de Striegauer en Peters poorten nog dezen dag aan de koninglyke pruiſſiſche troupen moeten ingeruimd worden. 13. Dat voor den uittogt van het guarnizoen geen pruiſſiſche troupen in de ſtad zullen mogen gelaaten worden, en dat zy ook niemand van het guarnizoen, op wat wyze het ook zy, zullen mogen inſulteeren. „Antwoord, de Keizerl. Koninglyke troupen zullen niet mishandeld worden. 14. Dat de ſtad by alle deſſelfs privilegien mag blyven, en dat de Catholyke religie als te vooren mooge geoeffend worden. Antwoord, „dit hangd van zyne Majt. den Koning af. 15. Dat de Commandant op zyn woord van eer mag belooven, dat hy alle de magazynen, hoe ook genaamd, als mede alle de mynen der veſting, getrouwelyk zal aanwyzen. „De magazynen en kaſſen moeten heeden en morgen aan het Koningl. commisſariaat overgeleeverd worden. De artillery moet door den Koningl. overſte van Dieskow, benevens alle de teekeningen, plans, Landkaarten en ’t geen tot de fortificatien behoord, zo wel van Schweidnitz, als van andere veſtingen, zo aan de Keizerin of iemand in ’t particulier toebehoorende, aan den overſte ingenieur Balby, overhandigd worden, aan wie men ook alle de mynen &c. zal moeten aanwyzen. 16. Dat het den commandant vry zal ſtaan, kort na de geſloote capitulatie een officier naar zyne excell. den graaf van Daun af te zenden. „Zulks is toegeſtaan. 17 Dat tot ſtandgryping van deeze capitulatie van wederzyde gyzelaars zullen geſteld worden.
Schweidnitz den 16 April 1758.

(Was geteekend)
 
(L. S.)
J. L. GR. VAN THIERHEIM,
Genr. Veldmaarſchalk luit.
BARON KROTTENDORFF,
Opper wagtmeeſter.

De major baron Wallich, blyft volgens het 17 articul, als gyzelaar, buiten, en de major van Emberis by het guarnizoen.

(Was geteekend)
(L. S[.])
VAN TRESKOW.
Generaal-luitent.