Architectura/Jaargang 5/Nummer 7/Kunst en letternieuws

Uit Wikisource
‘Kunst en letternieuws’ door D.H. Brondgeest, Pres., J.H. Speenhoff, Sec., Jacs. van Gils, Penningm.
Afkomstig uit Architectura, jrg. 5, nr. 7 (zaterdag 13 februari 1897), p. 46. Publiek domein.
[ 46 ]
kunst en letternieuws.

 Te rotterdam zijn eenige jonge kunstenaars bezig een vereeniging te stichten, genaamd vrije kunst, waarvan tot nu toe leden zijn: de heeren brondgeest, acteur; jac. van gils, architect; de moor, linse, krulder, stutterheim, addix, van dongen, schilders; speenhoff en van veen, schrijvers; bogaard, dichter en mej. penning, pianiste.
 Deze vereeniging zal eerlang, de volgende circulaire, waarin haar plannen worden uiteengezet, in de wereld zenden:
 De kunstenaars-vereeniging, die zich onder bovenstaanden naam heeft gevormd, bedoelt voornamelijk te bevorderen de toepassing van kunst in het maatschappelijk leven, en een sterke reactie te verwekken tegen de aanstellerige en waardelooze producten, waardoor de smaak van het publiek misleid wordt.
 In onderlinge kritiek, in eerlijk streven naar waarheid en oorspronkelijkheid zoekt zij de kracht, die noodig is, om met vrucht werkzaam te zijn en de belangstelling van het publiek in kunstenaars en hun arbeid aan te moedigen.
 Maar dat alleen is niet voldoende. Ze moet zelf voortdurend met de stukken bewijzen, dat ze haar taak ernstig opneemt, en daarom zullen van tijd tot tijd voordrachtsavonden en exposities georganiseerd worden, hier en elders, waar de donateurs toegang zullen hebben en zich van het streven der vereeniging kunnen overtuigen.
 Een serie artistiek uitgevoerde boekwerken — publiek verkrijgbaar, maar voor de donateurs belangrijk lager in prijs — zullen op ongeregelde tijden onder den titel vrije kunst I, II, III enz. in het licht verschijnen en door hun inhoud: proza, poëzie, illustraties, muziek, architectuur en critiek van de leden een blijvende herinnering aan den arbeid der Vereeniging zijn.
 We rekenen er op, dat velen huu belangstelling in deze zaak door een jaarlijksche geldelijke bijdrage zullen toonen, want hoe rijkelijker de middelen toevloeien, des te krachtiger zal er gewerkt kunnen worden.
 Daar Rotterdam buitenaf de niet zeer eervolle reputatie heeft, dat iedere kunst er absoluut kwijnen moet, wil deze vereeniging toonen, dat hier toch wel iets goeds tot stand kan komen, maar daartoe behoeft zij uw medewerking. Als die onmisbare factor aanwezig is, neem ze op zich de verwachting, door dit prospectus opgewekt, in alle opzichten te vervullen.

tel. d. h. brondgeest, Pres.
j. h. speenhoff, Sec.
jacs. van gils, Penningm.