De Génestet/Licht en bruin
Uiterlijk
← Op reis | De dichtwerken van P.A. de Génestet (1877) door P.A. de Génestet | Neen nimmermeer, zelfs niet → |
Uitgegeven in Amsterdam door Gebroeders Kraay. |
LICHT EN BRUIN
Ik groet met liederen en kussen
Uw blijd, uw moederlijk gezicht,
Zoo lief, zoo heerlijk prijkend tusschen
Ons blonde meisje en ’t bruine wicht.
Voorwaar, wel menglen in ons leven
Zich zacht en schoon het licht en ’t bruin,
Zoo schoon als in de groene dreven
Hier aan den voet van ’t blonde duin.
Uw blijd, uw moederlijk gezicht,
Zoo lief, zoo heerlijk prijkend tusschen
Ons blonde meisje en ’t bruine wicht.
Voorwaar, wel menglen in ons leven
Zich zacht en schoon het licht en ’t bruin,
Zoo schoon als in de groene dreven
Hier aan den voet van ’t blonde duin.
’t Zal niet altijd zoo zacht zich mengelen
Als in dit rijk en zalig uur,
Nu gij met onze vriendlijke engelen
Den vrede smaakt van Gods natuur.
’k Zou ook van God niet durven vragen
Steeds zulk een schoonen levensgaard –
Zoo Hij maar in Zijn welbehagen
U met ons blondje en bruintje spaart!
Als in dit rijk en zalig uur,
Nu gij met onze vriendlijke engelen
Den vrede smaakt van Gods natuur.
’k Zou ook van God niet durven vragen
Steeds zulk een schoonen levensgaard –
Zoo Hij maar in Zijn welbehagen
U met ons blondje en bruintje spaart!
Bloemendaal 1856.