De Morgenpost/Jaargang 6/Nummer 1553/Diefstallen aan het Centraal-station
‘Diefstallen aan het Centraal-station’ door een anonieme schrijver |
Afkomstig uit De Morgenpost, vrijdag 19 november 1897, [p. 2]. Publiek domein. |
Diefstallen aan het Centraal-station.
Sedert geruimen tijd werden aan het Centraal-station goederen vermist, zonder dat ’t mogelijk was, den dader of de daders te ontdekken, zoodat ten laatste besloten werd de politie van het geheimzinnig verdwijnen der colli’s in kennis te stellen.
Onmiddellijk werd onder leiding van den commissaris aan de Oude Brug, den heer Fundter, een onderzoek ingesteld, dat niet zonder resultaat is gebleven.
In den avond van den 6en November j.l. gelukte ’t aan een agent in burgerkleeren, op het derde perron verdekt opgesteld, twee mannen te betrappen die iets onder hun jassen verborgen hielden. Toen zij bemerkten, dat zij de aandacht trokken, kozen zij over het hek aan de De Ruyterkade het hazenpad, onder het vluchten drie pakketten wegwerpende. De agent volgde hen, maar vermocht niet hen te achterhalen. Hij en een paar spoorbeambten hadden de vluchtelingen evenwel voldoende opgenomen, zoodat, toen don volgenden dag één der twee (zekere F.) werd aangehouden, hij dadelijk herkend werd.
Naar den anderen werd met ijver gezocht, en eergister-avond waren twee wakkere rechercheurs zoo gelukkig hem in de Van Beuningenstraat (buiten de Haarlemmerpoort) op te sporen. Hij zette ’t op een loopen bij ’t zien van de politiemannen, die hjem achterna holden en hem, doch nuiet dan na een langdurige en moeilijke jacht over weilanden en slooten, in de buurt van „Electra” te pakken kregen.
Een tweetal agenten, die hun vrijen dag hadden, doch uit hunne woningen de drijfjacht h[a]dden gezien, kwamen te hulp en het eind was, dat ook deze verdachte (D. geheeten) naar het bureau werd gebracht en evenals de andere ter beschikking van den officier van justitie werd gesteld.
Inmiddels had het onderzoek nog tot een andere belangrijke ontdekking geleid. Te Utrecht was nl. eenige dagen te voren in een bergplaats, beboorende aan een Amsterdamsch „koopman“, een zeer aanzienlijke hoeveelheid goederen ontdekt, welke meerendeels aan het station vermist werden.
Deze koopman, K. geheeten, is mede ter beschikking van de justitie gesteld.
In verband ook met het ophouden van vermissingen na 6 November is ’t zeer waarschijnlijk, dat althans de hoofddaders thans binnen zijn, en op een gunstig oogenblik, want de Sinterklaasdagen zouden zekerlijk wel gelegenheid opgeleverd hebben voor nog talrijker „vermissingen“.