Naar inhoud springen

Gezelle/De zonne rijst

Uit Wikisource
't Is dag Tijdkrans door Guido Gezelle

De zonne rijst

o Gulden hoofd
Uitgegeven in Amsterdam door L. J. Veen.
(gedicht de dato 31/1/1889)
[ 15 ]

DE ZONNE RIJST

   De zonne rijst,
   ‘t gaan balken lichts
dwers door den choor; ze malen
   op wand en vloer
   Gods heiligen, in
roo, blauwe en peersche stralen.

   Hoe heerlijk is
   de kerke nu,
en weerd het huis te wezen
   van Hem, die als
   de bronne wordt
van liefde en licht geprezen!
[ 16 ]   Van Hem die zon
   en mane miek,
die kruid en loof liet groeien;
   van Hem, dien wij,
   vol schoonheid, in
elk blommeken zien bloeien.

   Verrukkend is ‘t,
   den wierookwalm,
in ‘t morgenvier der vensteren,
   te volgen, op
   zijn' hemelbaan,
doorlaaid van duizend gensteren!

   Daar huivert, on-
   weerstaanbaar, iets
in ‘s menschen merg en midden,
   dat hemelwaards
   de ziele haalt,
dat knielen doet en bidden!