Gezelle/Spaman
< Gezelle
← Jacht | Rijmsnoer om en om het jaar (1897) door Guido Gezelle | Het hazegrauwt → |
Uitgegeven in Rousselaere door Jules de Meester. |
[ 270 ]
SPAMAN
VOOROVER, naar den grond gegroeid,
die haast hem hebben zal,
traag- traagskens met zijn' spade spoeit
en delft, in 't diepe dal,
de moegemoeide, ontmergde man,
die schaars zijn hoofd nog heffen kan.
die haast hem hebben zal,
traag- traagskens met zijn' spade spoeit
en delft, in 't diepe dal,
de moegemoeide, ontmergde man,
die schaars zijn hoofd nog heffen kan.
Hij werkt nochtans, en delft en doet
zijn beste, tot der dood,
die wacht naar hem en elders spoedt,
tot dat in heuren schoot
hij vallen zal, en willekom
bij God zijn, recht en sterk weerom.
zijn beste, tot der dood,
die wacht naar hem en elders spoedt,
tot dat in heuren schoot
hij vallen zal, en willekom
bij God zijn, recht en sterk weerom.
o Sterkheid, die, veel sterker als
de dood, op God betrouwt;
die stadig ook dien slavenhals
zijne eigen woonsteè bouwt,
daar, vrij en blij hij wezen zal
bij U, o hope en troost van al!
de dood, op God betrouwt;
die stadig ook dien slavenhals
zijne eigen woonsteè bouwt,
daar, vrij en blij hij wezen zal
bij U, o hope en troost van al!
21-22/4/'97.