J.L.B. Keurschot en P.H. Scheltema/Van een misverstand, dat geen misverstand was

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Van een misverstand, dat geen misverstand was
Auteur(s) J.L.B. Keurschot en Red.
Datum Zaterdag 20 maart 1909
Titel Ingezonden stukken. Van een misverstand, dat geen misverstand was
Tijdschrift De Opmerker
Jg, nr, pg 44, 12, 92-94
Brontaal Nederlands
Bron [1] en [2]
Auteursrecht Publiek domein

[92]

92

[...]

Ingezonden stukken.


VAN EEN MISVERSTAND, DAT GEEN MISVERSTAND WAS.


[auteurs rechtelijk beschermd]


[93]

93

[auteurs rechtelijk beschermd]

      Al lag het niet bepaald in onze bedoeling met het geschrevene in ons nummer van 13 Maart j.l. gedachtenwisseling uit te lokken, toch plaatsen wij het bovenstaand stuk gaarne, omdat het ons veel opheldert.
      Het bewijst tevens, dat wanneer twee personen hetzelfde lezen, de opvatting van het gelezene doorgaans bij beide verschillend zal zijn, zonder dat er grond is, om elkander te verwijten, dat zij slecht gelezen hebben.
      Zulk een verschil van opvatting blijkt ook hier aanwezig, want zelfs in de door den heer Keurschot gecursiveerde woorden uit de Bouwwereld kunnen wij niet de bedoeling lezen „een veldwinnende, democratische strooming in de Maatschappij te ontwapenen, tot capitulatie aan te sporen.” Die woorden zijn o.i. veeleer een uitdrukking van spijt van hem, die ze schreef en de voorspelling, die zij bevatten zal dengeen, die de geschiedenis der Maatschappij kent, wel niet gewaagd voorkomen.
      Wanneer de heer Schaap zijn consequente houding had volgehouden zou een nieuwe verkiezing daarvan het gevolg hebben moeten zijn, tenzij de Maat-


[94]

94

schappij hare eigen staturen tot een doode letter had willen maken.
      Wat betreft het slot van het bovenstaande verwijzen wij den schrijver naar den heer Freem, die wel zoo vriendelijk zal zijn, hem onze houding op te helderen. Wij willen daarbij alleen opmerken, dat wij het niet voor de Bouwwereld, maar voor de onafhankelijke organen in het algemeen opnamen en daarbij tevens verklaren, het niet met den schrijver eens te zijn, wat betreft de overantwoordelijkheid van die organen.
      De naam van den verantwoordelijken redacteur vindt men in den regel aan het hoofd van elk blad afgedrukt.
      Wat de heer Keurschot dan ook met zijn slotvraag bedoelt begrijpen wij niet en het zal ons aangenaam zijn, wanneer hij ons dit bij gelegenheid nog eens wil ophelderen. Misschien blijkt hier dan ook wel een misverstand te bestaan, dat geen misverstand was.

RED.