Leydse Courant/Jaargang 1828/Nummer 78/Door Zijne Excell. den Commissaris-Generaal over Neêrlands-Indie zijn gedaan de volgende benoemingen

Uit Wikisource
‘Door Zijne Excell. den Commissaris-Generaal over Neêrlands-Indie zijn gedaan de volgende benoemingen: […]’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Leydsche Courant, maandag 30 juni 1828, [p. 3]. Publiek domein.

[ 3 ] — Door Zijne Excell. den Commissaris-Generaal over Neêrlands-Indie zijn gedaan de volgende benoemingen:
 Tot lid der sub-commissie van landbouw in de residentie Kadoe, J. W. H. Smissaert, thans Secretaris van die commissie, en zulks in plaats van F, H. Leurs, honorabel ontslagen; tot Secretatis bij gemelde commissie, D. L. Baumgardt, ambtenaar bij de landelijke inkomsten; tot gezagvoerder der recherche-boeijer, met rang van onder commies der recherche, H. Boekhoff; tot stads-geneesheer en opziener der vaccine te Soerabaija, de tweede stads-geneesheer te Batavia, de Medicinae Doctor W. H. Michgorius, en zulks in plaats van den Medicinae Doctor F. G. Knuth, op zijn verzoek honorabel ontslagen; tot assistent-resident van Gorontalo, W. L. van Geurike, laatst assistent-resident te Galila; tot lid der sub-commissie van.landbouw in de residentie Tagal, de plaatselijke Heelmeester en opziener der vaccine aldaar .... Hahn, en zulks in plaats van C. van Winckelman, honorabel ontslagen; tot secretaris der residentie Batavia, B. J. Elias, thans fungerend directeur van ’s lands drukkerij; tot zoutpakhuismeester te Pasoeroean, A. T. Zwartz, ambtenaar op wachtgeld, en zulks in plaats van E. J. Jacobs, ontslagen; tot assistent-resident van Madura, Baron van Reede van Oudtshoorn, thans assistent-resident te Salatiga; tot assistent-resident van Sumanap, L. C. Graaf van Ranzow, gewezen resident van Riouw; tot confrontist der tweede klasse bij de algemeene rekenkamer, L. W. Mondt, thans eerste klerk; tot eersten klerk bij gemelde kamer, G. J. Heyligers, thans eerste klerk bij het vendu-departement te Batavia; tot teekenaaar bij den ingenieur der civiele gebouwen en werken te Batavia, W. H. Bernhoff, thans klerk op deszelfs bureau; tot klerk bij gemelden ingenieur, G. E. Rynberg; tot eerste concierges bij de bureaux in het gouvernementsgebouw te Weltevrede, A. Eckhartt, thans bode en kamerbewaarder bij de algemeene secretaire, en V. le Bailly, thans concierge bij de generale directie van financien; tot algemeenen ontvanger te Samarang, C. Scheltema, secretaris der gemelde residentie, thans als zoodanig fungerende te Japara en Joana; tot waarnemend secretaris der residentie Samarang, M. Raket, gewezen secretaris te Sadras; tot leden der sub-commissie van landbouw in de residentie Passaroean, C. von Winkelman, waarnemend assistent-resident van Malang, en Donald Maclennan, koopman te Passaroean; tot commies bij het residentie-kantoor te Soerabaija, N. Coblyn, thans werkzaam te Japara, en tot commies bij het bureau van den assistent-resident te Griessee, F. A. Questin, thans zout-pakhuismeester en post-commies te Toeban.
 Honorabel oneslagen, de tweede commies bij de generale directie van financien, P. H. Versluys; honorabel ontslagen en gepensioneerd, de commies op het residentie-kantoor te Bantam, J. C. Koch, en ontslagen de ambtenaar W. van Blommestein, laatst secretaris der residentie Japara en Joana.