Limburger Koerier/Jaargang 47/Nummer 212/Het hoog militair gerechtshof deed uitspraak in de strafzaak tegen F. G. T.

Uit Wikisource
‘Het hoog militair gerechtshof deed uitspraak in de strafzaak tegen F. G. T., […]’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Limburger Koerier, dinsdag 20 december 1892, [p. 3]. Publiek domein.

[ 3 ]Het hoog militair gerechtshof deed uitspraak in de strafzaak tegen F. G. T., oud 20 jaar, geboren te Neeritter, soldaat bij de 3e comp. 2e bat. 2e reg. inf., die door den krijgsraad in het 2e militaire arrondissement, standplaats ’s Hertogenbosch bij vonnis van 27 October jl. is schuldig verklaard aan door schuld veroorzaken van den dood van een ander en te dier zake veroordeeld tot twee maanden gevangenisstraf. Bij dit vonnis werd als wettig en overtuigend bewezen aangenomen, dat genoemde soldaat den 28n Juli jl. te Slenaken (Limburg) een geladen revolver, dien hij van den kommies bij ’s Rijks belastingen Visser ter bezichtiging had ontvangen, in de richting van Johannes Nix, die op eene bank voor de woning van Pieter Jennekens zat, heeft gehouden, daarna aan den trekker van dat wapen heeft getrokken en zoodoende een met scherp geladen schot heeft gelost, waardoor genoemde Nix in het hoofd is getroffen, de kogel in diens hersenen is gedrongen en hij onmiddellijk daarop ter aarde gestort en overleden is.

Het Hof vereenigde zich met den door den advocaat-fiscaal voor de zee- en landmacht – die van dat vonnis in hooger beroep was gekomen – in appel gedanen eisch en besliste, dat bekl. wegens boven omschreven feit zwaarder behoorde te worden gestraft dan door den krijgsraad is geschied, daar hij door zijne behandeling blijk heeft gegeven van verregaande roekeloosheid. Voorts overwoog het Hof, dat bekl. wel te zijner verontschuldiging opgeeft niet geweten te hebben, dat het wapen geladen was, doch dat dit zijn schuld niet wegneemt of zelfs vermindert, daar hij, die een vuurwapen in de hand neemt en daarmede bewegingen maakt eerst behoort te onderzoeken of dit geladen is, en bovendien de inrichting van den revolver zoodanig was, dat uitwendig duidelijk kon worden waangenomen, dat die met patronen geladen was. Op die gronden werd hij tot vier maanden gevangenisstraf veroordeeld.