Limburger Koerier/Jaargang 47/Nummer 213/Tweede Kamer der Staten-generaal

Uit Wikisource
‘Tweede Kamer der Staten-generaal’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Limburger Koerier, donderdag 22 december 1892, [p. 3]. Publiek domein.
[ 3 ]

Tweede Kamer der Staten-generaal.



Zitting van Dinsdag.

Uitvoerig is gedebateerd over de wijziging der vestingbegrooting voor 1892, tengevolge van een voorstel tot het doen van zandophoogingen en den aanleg van zoetwatervijvers ter voltooiing der stelling Amsterdam.

Verschillende sprekers bestreden het stelsel van den Minister en prezen dat van den Generaal den Beer Poortugal of van anderen aan.

De MINISTER hield vol dat hij was uitgelokt door den Generaal De Beer en verplicht was hem publiek tegen te spreken. Verder verzekerde hij dat door dit ontwerp niet geprejudicieerd wordt op de latere actieve verdediging.

Met 73 tegen 17 stemmen is het voorstel tot aanleg der zoetwatervijvers verworpen als nog niet rijp zijnde.

Het ontwerp zelfs is aangenomen met 68 tegen 21 stemmen.

Heden-avond is het hoofdstuk oorlog en Staatsbegrooting aan de orde.

In de avondzitting der Tweede Kamer van Dinsdag is de algemeene beraadslaging over de begrooting van oorlog voortgezet. Des ministers beleid werd heftig aangevallen door Mackay, Schimmelpenninck, Van Houten, Rutgers en de Ras. Laatstgenoemde protesteerde krachtig tegen het ontblooten van Zuid-Limburg van troepen, waardoor het land aan groot gevaar is blootgesteld. De minister, die werd verdedigd door Van Vlijmen, Kielstra en Boreel, heeft zijne maatregelen uitvoerig tegenover de aanvallen verdedigd. Het algemeen debat werd tegen half twaalf gesloten. Heden behandeling der artikelen. De aanneming der begrooting wordt als twijfelachtig beschouwd.

Zitting van Woensdag.

De oorlogsbegrooting is verminderd door amendementen met de posten voor rangverhooging der kapiteins van het militaire huis der Koningin ofschoon de Ministor het ontried met het oog op de deferentie voor de Regentes; voor de aanstelling van een majoor bij de inspectie van het militair onderwijs; voor electrische verlichting der acedemie te Breda en het lager tractement van den leeraar in natuurkunde; ook is verworpen de post voor de tentoonstelling van kaarten van het topographisch bureau te Chicago.

Aangenomen is met 52 tegen 35 stemmen het amendement om dit jaar geen garnizoensveranderingen in Limburg en Noordbrabant te doen plaats hebben.

Op de vestingbegrooting liet de Minister f 275,000 vallen in verband met het votum van gister voor de zoetwatervijvers.

Het oorlogsbudget is aangenomen met 81 tegen 14 stemmen.