Limburger Koerier/Jaargang 86/Nummer 76/Raad van Roermond

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Raad van Roermond
Auteur(s) Anoniem
Datum Dinsdag 31 maart 1931
Titel Raad van Roermond. ’t Museum zoo mogelijk in het Louisa-huis. – Twee nieuwe industrieën
Krant Limburger Koerier
Jg, nr 86, 76
Editie, pg [Dag], eerste blad, 2
Brontaal Nederlands
Bron delpher.nl
Auteursrecht Publiek domein

Raad van Roermond.

’t Museum zoo mogelijk in het Louisa-huis. – Twee nieuwe industrieën.

      De Raad dezer gemeente was Maandagavond bijeen in openbare vergadering onder leiding van den burgemeester.
      Afwezig was dhr. H. Drehmans, terwijl er éen vacature was.

Ingekomen stukken.      

      Na goedkeuring van notulen van een der laatste raadsvergaderingen, gingen enkele ingekomen stukken onder den voorzittershamer door, waarbij conform voorstel van B. en W. werd besloten.
      Op een voorstel van dhr. L. A. D. Evers (soc.) om het schrijven van het bestuur der afd. Roermond van Volksonderwijs bij een der agenda-punten te behandelen, verklaarde de voorzitter zich erover te hebben verwonderd, dat deze vereeniging heeft gemeend B. en W. een lesje te moeten geven in administratief recht, dat het college zelf heel goed kent; waar de ver. Volksonderwijs echter zoodanig gekant is tegen alles wat naar bijzonder onderwijs zweemt, heeft de voorzitter niet veel vertrouwen in het inzicht der rekwestrante en acht ’t het beste het stuk voor kennisgeving aan te nemen; aldus werd dan ook besloten.
      Het verzoek van enkele pachters om vermindering van pacht, gaf dhr. Tops aanleiding een goed woord voor de pachters te doen. Dhr. Bongaerts was van meening, dat de pachters geen onbillijke pachtprijzen betaalden. B. en W. zullen de pachters-kwestie intusschen nog nader bekijken en eventueel met een voorstel komen.
      ’t Verzoek der R.K.W.V. te Kapel om de meterhuur voor electrische aansluitingen in huizen aan de grens van Roermond onder Melick niet hooger te stellen dan die in de stad, gaf dhr. Heynen aanleiding om het verzoek toe te lichten, te steunen en in te willigen. Na eenige bespreking en toelichting van wethouder Evers werd het verzoek voor kennisgeving aangenomen.
      Nadat de geloofsbrieven van het nieuw gekozen raadslid, dhr. F. F. R. Routs, door een commissie waren onderzocht en in orde bevonden, werd door den Raad tot toelating besloten.
      Nadat enkele agenda-punten waren afgehandeld, werd het voorstel tot opheffing van een tweetal bestaande commissies en tot instelling eener commissie van bijstand voor sociale aangelegenheden, op voorstel van den voorzitter aangehouden.
      Het reglement op het reservefonds voor bijzondere doeleinden werd vastgesteld, waarna in het Roermondsche Veld een tweetal nieuwe straten een naam kregen.
      Aan het jongenspatronaat in het Veld en het St. Vincentius-patronaat werd ieder f 250 subsidie verleend; dhr. L. A. D. Evers vroeg aanteekening tegen gestemd te hebben.
      Na goedkeuring van een wijziging der slachthuisbegrooting en van een ruiling van grond met het Kerkbestuur der H. Hartkerk.
      De vergadering ging hierna op voorstel van den voorzitter in geheime zitting over, waarin de Raad zich twee volle uren vermeide!
      Na de heropening werd aan de orde gesteld het voorstel tot het

stichten van een museum.      

      Dhr. Turlings opende over dit voorstel de reeks van sprekers.
      Deze waardeerde de cultureele belangen voor Roermond, gelegen in het museum-voorstel.
      Spr. had bezwaren tegen bouw van een nieuw museum, dat volgens het plan geen kans van uitbreiding bood; spr. had in overleg met ir. Jos. Cuypers de huisvesting van een museum-inventaris elders overwogen: als geschikt hiervoor was bevonden het Louisa-huis, terwijl in afwachting van definitieve vestiging erin de schenking plus collectie onder te brengen in het gedeelte Louisa-huis, thans bekend als het Smethuis.
      Dhr. Raymann vereenigde zich met de redeneering van dhr. Turlings, terwijl dr. Rieter informeerde, of de 6% voor rente en afschrijving voldoende is voor de verschillende kosten.
      De voorzitter stond eenigszins vreemd tegenover het geheel nieuwe plan van dhr. Turlings, voelde er wel wat voor, maar wierp op, dat rekening moet gehouden worden met de meeningen van den schenker, met de eventueele bestemming van het Louisa-huis enz.
      De mogelijkheid van het onderdak brengen samen van het tehuis voor ouden van dagen en het museum, gelijk dhr. Cornelis opperde, in het Louisa huis, achtte de voorzitter niet wel mogelijk.
      Dhr. Breukers wilde B. en W. het gevraagde crediet verleenen onder voorwaarde, dat onderzocht zal worden, of het museum niet beter in het Louisahuis kan worden ondergebracht; Roermond moet zich zoo iets niet laten ontglippen. Blijkt, dat vestiging in het Louisahuis niet goed mogelijk is, dan wordt het crediet van f 54000 verleend om gehoord de financieele commissie een museum te bouwen.
      Dr. Rieter wilde wachten met definitieve plaatsing van schilderijen tot betere tijden, en thans de schenking te aanvaarden om ze tijdelijk in het Louisahuis onder te brengen.
      Dhr. Heynen meende, dat Roermond zich niet de weelde kon permitteeren om een halve ton te besteden voor een museum, dat zijn geld niet opbrengt.
      Weth. Ruyten achtte het mogelijk, dat het onderbrengen van schilderijen in het Louisahuis op den duur meer zou kosten dan bouw van een museum.
      Na nog eenige replieken, waarbij dr. Rieter bevestigd, dat vestiging van het museum in het Louisahuis veel duurder zou komen, afgezien van verbouwing. Daarnaast achtte dr. Rieter het geraamde crediet van f 54.000 voor een eenvoudig museum veel te hoog.
      Mr. Höppener wilde in principe de schenking van dhr. Luyten aanvaarden, met den schenker in overleg te treden over het tijdelijk onderbrengen van de schilderijen; later kunnen B. en W. dan met nadere voorstellen komen.
      Dhr. Cornelis wilde de Penitentenschool er tijdelijk voor inrichten.
      Het voorstel-Breukers, dat eerst door B. en W. zal overwogen worden of huisvesting mogelijk is in het Louisa-huis, zonder meer-kosten, en zoo niet dan het gevraagde crediet van f 54.000 te verleenen, hetgeen dan besteed zal worden gehoord de financieele commissie, werd in stemming gebracht en aangenomen met 8–7 stemmen.

Tramraccordement vanaf Herten.      

      Het voorstel tot het sluiten van een overeenkomst met de E.C.I. en dhr. van Esser tot het aanleggen van een tram-raccordement en daarbij behorende werken, gaf dhr. Raymann aanleiding om te betoogen, dat de betrokkenen toch wel als tegenprestatie konden geven vrijheid van toegang over de terreinen naar de haven. Deze voorwaarde werd aangenomen.

Vestiging van industrieën.      

      Hierna kwam in behandeling het voorstel van B. en W. tot het in erfpacht geven van gronden aan de N.V. Jac. Geraedts’ Houtbedrijf, Swalmen en het verleenen van een bouwkapitaal ad f 40.000 als annuïteitsleening.
      Dhr. Cornelis vroeg verzekering, dat tenminste een gedeelte der arbeiders uit Roermond wordt genomen.
      Weth. Evers wees erop, dat het betrokken bedrijf zich uit gaat breiden: in Swalmen blijft een gedeelte, terwijl hier een uitbreiding komt: te verwachten is, dat hier arbeiders uit de directe omgeving worden aangenomen.
      Zonder discussie werd hierna besloten tot het geven in erfpacht van gronden aan de N.V. Beton Mij. De Peel en het ter leen verstrekken van een bouwkapitaal van f 18.000 als annuïteitsleening.
      Het voorstel tot uitdieping van het Munsterplein werd aangehouden.
      Na afhamering van enkele agenda-punten, waren eenige

stemmingen

aan de orde.
      Als leden van de C. v. T. op het L. O. werden benoemd dhrn. Schmitz, Klarenbeek, mevr. Pennarts, Wassenberg en dhr. Dahmen.

      Na samenstelling van de stembureaux voor Prov. Staten en Gemeenteraad, volgde benoeming van onderwijzer aan de O. L. school: met 12–3 st. werd benoemd dhr. Schuyrer.
      Bij de rondvraag werden nog enkele punten van ondergeschikten aard besproken, o.a. besproeiïng van straten ,wele dhr. Ccmelis onvoldoende vond: weth. Ruytern was bescheiden van oordeel, dat in dit gebrek wellicht kon worden voorzien door het in ruimere mate vrij laten loopen van hondjes op de straat..., terwijl dr. Rieter nog eens weer den toestand besprak van de Voogdijstraat, de straat, welke hij blijkbaar veel beloopt.
      Hierna sluiting.