Limburger Koerier/Jaargang 92/Nummer 127/Kunstenaarsvereeniging Limburg

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Kunstenaarsvereeniging Limburg
Auteur(s) Anoniem
Datum Woensdag 2 juni 1937
Titel Kunstenaarsvereeniging Limburg. Tentoonstelling van werk der leden in „De Gulden Roos”, Maastricht
Krant Limburger Koerier
Jg, nr 92, 127
Editie, pg [Dag], [eerste blad], [3]
Brontaal Nederlands
Bron delpher.nl
Auteursrecht Publiek domein

KUNST

Kunstenaarsvereeniging Limburg.

Tentoonstelling van werk der leden in „De Gulden Roos”, Maastricht.

      De volheid en veelzijdigheid te zien van het Limburgsche kunstleven is den dankbaren toeschouwer een gulle weldaad.
      Deze weldaad wordt den bezoekers van de tentoonstelling bewezen, die thans gehouden wordt in „de Gulden Roos” te Maastricht.
      Limburgsche kunst, de goede, verheugt U ’t meest, als ze in Mei geëxposeerd wordt.
      Waarmee iets gezegd wil zijn over de zonnige levendigheid van onze kunst, over de telkens weer aangetroffen vernieuwing.
      En in dit verband denk ik ’t eerst aan Edm. Bellefroid, die met twee landschappen de heele tentoonstelling in gloed zet. Vroeger heb ik al eens Bellefroid met Wiegersma vergeleken, en dat kan nog.
      Maar dan, steeds sterker, met dit verschil, dat de meditatieve inslag van wat Wiegersma’s werk kenmerkt, in het laaiende van Bellefroid’s kleurencompositie niet te vinden is. Bellefroid laat zich in zijn hartstochtelijke zucht tot het wekken van stemmingen in kleur en rhythmiek eenvoudig gaan. Toch doet hij in zijn vaart geen onverantwoordelijke dingen. En ’t is juist dit spannend spel tusschen remmingen en verder en nog sterker willen, wat Bellefroid’s werk zoo interessant maakt. Bij den ingang hangt nog een teekening, (O.L. Vrouwe Basiliek) van denzelfden kunstenaar, terwijl voorts eenige van zijn origineele plateelontwerpen werden geëxposeerd.
      Met dit is het nieuwe werk van Koolen Schoonbrood, Joep Nicolaas en Windhausen (meisjesportret) wel het sterkste van deze, in haar geheel zeer te waardeeren expositie.
      Schoonbrood’s portretten worden steeds fijner van teekening, voornamer van allure. Joep Nicolas imponeert door zijn zelfportret (prachtig van teekening) al is het dan niet heelemaal van theatralen opschik vrij te pleiten, en Paul Windhausen’s meisjesportret toont weer eens, hoe deze schilder uitstekend weet te typeeren, terwijl hij bovendien een knap technicus is.
      Koolen exposeert hier zijn laatste portret, dat, wat hij maakte van dr. Jaspar in ambtsgewaad. Koolen deed hier als in al zijn portretten, hij styleerde de figuur zonder het type te verliezen, en zoo werd dit portret met zijn Rembrandtieke tonaliteit een van de belangrijkste stukken van deze tentoonstelling
      Van het overige werk noemen we nog Joep Nicolas’ gezicht op Arnhem en gezicht op Roermond, het stilleven van Levigne als nieuwe en meest opvallende werken.
      Het werk van Henri Jonas geeft de aangrijpende tragiek van een stuk levensgeschiedenis van dezen schilder, die gelukkig nog een groot kunstenaar gebleven is.
      Van de andere kunstenaars vindt men hier werk, dat reeds eerder werd besproken, waarbij aandacht vraagt het werk van Paul Kromjong.
      Overigens zij met vermelding van de namen van Judy Michiels van Kessenich, Scheffers, Jelinger en Vos, voldoende aangetoond, dat deze tentoonstelling een der beste is, de laatste jarén in Maastricht gehouden.