De vier huizen te Heerlen, Roermond, Spaubeek en Venlo.
HET MOEILIJKE BEGIN EN DE GROOTE ONTWIKKELING.
II.
De actie voor het bezoek aan de gesloten retraite zal thans, nu overal van den preekstoel gewezen is op de groote beteekenis van dit werk, wel met hernieuwde kracht worden ter hand genomen. Zélatrices en propagandisten zullen opnieuw hun beste krachten geven en het zou ons niets verwonderen als het volgend jaar het aantal bezoekers der vier Limburgsche retraitehuizen belangrijk grooter zou zijn dan in het loopende jaar.
Cijfers over dit jaar zijn nog niet bekend, althans niet gepubliceerd. Nemen wij de cijfers over 1936, dan krijgen wij het volgend beeld. In de retraitehuizen voor vrouwen kwamen:
in Heerlen 1530 retraitanten;
in Roermond 1003 retraitanten.
Deze beide retraitehuizen zijn instellingen van ons bisdom.
De zijvleugel van het retraitehuis voor vrouwen aan de Kapellerlaan te Roermond.
Voor de beide retraitehuizen, welke de Paters Jezuïeten in ons bisdom bezitten, gelden de volgende cijfers:
Spaubeek 3116 bezoekers;
Venlo 4027 bezoekers.
Totaal 9676 bezoekers in de vier Limburgsche huizen.
Dat zijn aardige cijfers, maar, als we zien, dat in de vier Limburgsche retraitehuizen al eens in één jaar tijds rond 11.500 bezoekers zijn geweest, dan is de teruggang toch zéér aanmerkelijk.
Manresa in Venlo is nog altijd, wat betreft de retraitehuizen voor mannen in Nederland, het grootste.
Daarop behoeven wij ons niet al te erg te verhoovaardigen, want Brabant levert een belangrijk contingent der bezoekers aan dit retraitehuis.
UIT DE GESCHIEDENIS
Op de geschiedenis van het retraitewerk kunnen wij, hier in Limburg, wel weer met eenigen trots terugzien. Van Limburg begon, zooals met meer katholieke ondernemingen, de victorie. Het eerste Nederlandsche huis voor gesloten retraites stond in onze provincie.
Bij het schrijven van een korte geschiedenis der Limburgsche retraitehuizen mag Steijl niet vergeten worden. In het Missiehuis werden al regelmatig retraites gegeven nog vóór de tegenwoordig bestaande retraitehuizen werden gebouwd. Van 1884–1906, dus in 22 jaren tijds, namen 1277 Nederlanders deel aan daar gegeven retraites, wat, bij de huidige ontwikkeling van het retraitewerk vergeleken, een zeer klein getal is. Het was echter iets.
Een eerste retraitehuis, volgens de opvattingen, die later algemeen geldend zijn geworden, was dat van de „Filles de la Sainte Vierge de la Retraite de Vannes”, dat in 1906 te Eijsden werd gesticht.
Het kan in de geschiedenis vreemd loopen. Vijf arme zusterkens werden uit Frankrijk verdreven en kwamen zich uit Bretagne in Eijsden vestigen. Zij begonnen daar een retraitehuis. Moeilijkheden waren er vele. De Maas was lastig; dikwijls kwam het water in huis en moest de keukenzuster, staande op een kist, zorgen voor het middagmaal. Ook de huisvesting was niet schitterend, maar toch, het retraitewerk bloeide langzaam op en steeds grooter werden de aantallen vrouwen en meisjes, die het huis bezochten. Nu is Eijsden verlaten door de Zusters. Zij hebben in Heerlen het prachtige Mgr. Schrijnen-huis ter beschikking gekregen en zetten daar sedert Augustus 1933, haar zegenrijk werk voort.
Het tweede retraitehuis voor vrouwen in ons bisdom, in beheer bij dezelfde zusters, is dat te Roermond. Het werd geopend in Mei 1912.
DE RETRAITEHUIZEN VOOR MANNEN
Ongeveer tegelijk met de vestiging van het retraitehuis te Eijsden voor vrouwen kwam pater van den Bosch S. J. uit België en deed in het Jezuïetenklooster te Maastricht mededeelingen over de prachtige resultaten, die hij over de grens van het retraitewerk had gezien. Pater Cramer was toen in Maastricht professor in de moraaltheologie en pater Ruth was directeur van de groote Canisius-congregatie voor arbeiders.
Het gevolg van de mededeelingen was op de eerste plaats, dat in 1906 verschillende Limburgsche heeren te Luik een retraite gingen bijwonen en op de tweede plaats, dat Pater Ruth kort daarna aan een aantal Maastrichtsche arbeiders te Luik een retraite gaf.
Een comité werd gevormd en op 6 Juni 1908 begon de eerste retraite op Manresa te Venlo.
In Zuid-Limburg werd begonnen met het geven van retraites in 1918. De Nederlandsche Jezuïeten genoten te Aalbeek gastvrijheid in het pand, dat de Duitsche paters Jezuïeten daar hadden. Dit duurde tot 1924. In Februari 1925
Het retraitehuis voor mannen „Manresa” te Venlo
begon de eerste retraite in het nieuwe, schitterend-gelegen Spaubeek.
De bewoners van de mijnstreek zijn wel verwend. Zoowel mannen, als vrouwen, hebben een retraitehuis in de onmiddellijke omgeving van hun woonplaats.
Dit is natuurlijk niet zonder reden. De mijnstreek werd een „bedreigd” gebied door de vestiging van de moderne groot-industrie. Speciaal in dit gebied mochten de retraitehuizen niet ontbreken. Voor iederen Limburger is trouwens de reis naar een der retraitehuizen gemakkelijk te maken. De katholieken in het Noorden moeten in den regel heel wat grootere afstanden afleggen.
Buiten Limburg bestaan nog tien andere huizen. In sommige daarvan, waar de paters Redemptoristen, die ook tot den bloei van het retraitewerk in Nederland belangrijk hebben bijgedragen, de retraites geven, wordt afwisselend een retraite gegeven voor mannen en voor vrouwen. Deze huizen krijgen daardoor hoogere bezoekerscijfers dan de Limburgsche.
Gezegd mag worden, dat het retraitewerk in ons land goed ontwikkeld is. Daarbij slaat Limburg zeker niet het slechtste figuur.