Naar inhoud springen

Limburgsch Dagblad/Jaargang 18/Nummer 253/Pastoor P.C. Windhausen †

Uit Wikisource
Pastoor P.C. Windhausen †
Auteur(s) Anoniem
Datum Maandag 28 oktober 1935
Titel Pastoor P.C. Windhausen †
Krant Limburgsch Dagblad
Jg, nr 18, 253
Editie, pg [Dag], eerste blad, [2]
Brontaal Nederlands
Bron delpher.nl
Auteursrecht Publiek domein

Pastoor P.C. Windhausen †

      In den ouderdom van 62 jaren is Zondagavond negen uur in het St. Josephziekenhuis, voorzien van de laatste H.H. Sacramenten overleden de geestelijke herder van de Molenberg-parochie, pastoor P. C. Windhausen.

      Zondagmiddag verergerde de toestand weer en ’t einde kwam nog vrij plotseling.
      Slechts korten tijd was de pastoor ziek en van dien korten tijd deed hij de eerste dagen nog zijn dienst, alhoewel ’t hem zeer zwaar viel. De ziekte verergerde echter alras zoo spoedig, dat opname in ’t Ziekenhuis noodzakelijk bleek en dit ziekbed werd ook zijn sterfbed.
      Gelaten, met volle overgave aan Gods H. Wil heeft hij ’t offer van zijn leven weten te brengen. Wie hem de laatste dagen aan zijn ziekbed bezochten, waren allen diep gesticht door zijn geduld en berusting in Gods H. Wil.

      Ruim elf jaren lang was de thans ontslapene de pastoor van den Molenberg en hoe hij onder de zijnen was bemind en geacht, dat hebben vooral ook de laatste dagen nog eens bewezen, toen de kerk elken avond bijna te klein bleek, om de voor hun pastoor biddende parochianen te bevatten.
      Met pastoor Windhausen is inderdaad een priester naar Gods hart heengegaan, een priester die allereerst ’t heil der aan hem toevertrouwde zielen zocht en zich zelf steeds onbaatzuchtig op den achtergrond stelde.

      In 1873 even over de grens nabij Roermond geboren, moest Pastoor Windhausen als klein kind zijn ouders al spoedig daarna naar genoemde Midden-Limb. stad volgen waar ’t gezin Windhausen zich metterwoon vestigde. Hij voelde zich tot ’t priesterschap geroepen en na zijn studies op Rolduc en te Roermond te hebben volbracht, werd hij in 1900 priester gewijd. Als. jonge priester werd hij professor aan ’t toen nog bestaande Bisschoppelijk College te Venlo. Slechts twee jaar bleef hij leeraar, maar in Venlo bleef hij toch, daar zijn Bisschop hem had benoemd tot kapelaan aan de St. Martinuskerk aldaar. En niet minder dan 22 jaar mocht hij in Venlo nog aan ’t heil der zielen blijven arbeiden. Als sociaal voelend man trok hem ook vooral ’t vereenigingsleven aan. Hij werd adviseur van de R.K. Middenstandsvereeniging en directeur van ’t Meisjespatronaat. In de garnizoensstad Venlo hadden vooral ook de militairen zijn hart gestolen, voor wie hij in de Militairenvereeniging en tijdens den oorlog als aalmoezenier, met den rang van majoor, zeer veel deed.
      Op 20 Juni 1924 werd de Venlosche kapelaan tot pastoor van de Heerlensche Molenbergparochie benoemd, als opvolger van pastoor Nicolaye, thans Deken van Heerlen.
      In zijn nieuwe parochie, waar nog slechts een noodkerk was, toog pastoor Windhausen direct aan ’t werk voor den bouw van een nieuw waardig Godshuis, dat hij in betrekkelijk korten tijd ook tot stand bracht. En toen ’t gebouw gereed was, bleef hij zijn geheele persoon geven om de kerk al meer en meer te verfraaien. Een nieuw altaar, preekstoel, communiebank, nieuwe klokken kwamen er; ’t priesterkoor werd keurig beschilderd. De nieuwe kerk werd een God waardige tempel. Een nieuwe pastorie was ook noodig en de oude noodkerk werd als patronaat in gebruik genomen.
      Met al zijn drukke bouw-bezigheden vergat hij zijn parochianen niet. Hij was voor hen een ware zieleherder en een prachtig voorbeeld van geloof en Godsvertrouwen.
      Ook Pastoor Windhausens sociale liefde kon hier weer hoogtij vieren; de eene sociale vereeniging na de andere kwam door zijn toedoen tot stand en tot bloei. En wat deed hij niet om de jaarlijksche Sacramentsprocessie in zijn parochie tot een grootsche manifestatie van katholiek leven te maken. Jaren lang was hij de geestelijke leider van de Ned. Bedevaart naar Lourdes, waar hem de Sacramentsprocessie steeds zoo had getroffen, dat hij ’t niet kon nalaten de processie in zijn eigen parochie op dezelfde indrukwekkende wijze als die in Lourdes met de treffende aanroepingen te doen besluiten, op de trappen bij den ingang der kerk.
      Het R.K. onderwijs droeg de pastoor ook steeds een warm hart toe, evenals het Leekenapostolaat waarvan hij directeur was, en de Missies. Hoe zou ’t ook anders kunnen bij een priester, die zich niets anders dan priester in dienst van God en de zielen voelde.
      Zijn Missieliefde bleek al heel bijzonder, toen hij eenige jaren geleden tijdens de Missieweek te Heerlen ’t op zich had genomen, den Missieoptocht te organiseeren. Velen zullen zich den prachtigen stoet nog goed herinneren.
      De Pastoor was voorts ook nog wnd. adviseur van de Afd. Heerlen van den R.K. Politiebond „St. Michaël”.
      Elkeen die Pastoor Windhausen van naderbij heeft gekend en vooral zijn parochianen, zullen ’t met ons eens zijn, dat met hem een man met een zeer nobel karakter is heengegaan, een man, die uitmuntte in onbaatzuchtigheid en nooit zich zelve zocht; die veel deed voor ’t goede doel en anderen daartoe wist te brengen, maar zelf daarbij steeds op den achtergrond bleef. Hij kweekte een voortreffelijken geest onder zijn parochianen aan, wat als van zelf tot hooge rbloei van ’t godsdienstig leven moest leiden.
      ’t Was hem altijd een groot genoegen, wanneer hij daarop in zijn Nieuwjaarspreek mocht wijzen. Hij had een fijn besnaard gemoed en voelde zich bijzonder tot de kinderen aangetrokken; de kinderen van hun kant lieten die liefde niet onbetuigd.
      De parochie Molenberg heeft zonder twijfel met ’t voor altijd heengaan van haar geliefden pastoor een zeer zwaar verlies geleden. Alle parochianen en wij allen met hen, zullen hem in onze gebeden niet vergeten.
      Hij ruste in vrede.