Pagina:Aanwijzing der schilderijen, berustende op 's Rijks Museum, te Amsterdam.djvu/23

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

– 23 –

92.

dit stuk vindt men genoegzaam in het vers van den dichter jan vos, hetwelk als of het op een stuk papier geschreven, en tusschen de lijst was ingestoken, daarop geschilderd is:

Hier trect van Maarseveen de eerst’ in de eeuw’ge vreede.
Zoo trok zijn vader de eerst’ in ’t oorlog voor den staat.
Vernuft en dapperheit, de kracht der vrije steede,
Verwerpen d’oude wrok in plaats van ‘t krijgsgewaadt.
Zoo waakt men aan het IJ na moorden en verwoesten,
De wijzen laten ’t zwaardt wel rusten maar niet roesten.

92. De hier verbeeld wordende personen zijn:
1. De heer Jan Huidekoper, heere van Maarseveen.
2. Frans van Waveren, luitenant.
3. Nicolaas van Waveren, vaandrich.
4. Jan Appelman, sergeanten.
5. Jacob van Campen,
6. Rogier Ramsden, 11. Nicolaas van Haag.
7. Pieter Waterpas. 12. Jan Stuurman.
8. Aart Janze van Laar. 13. Joannes Doavenne.
9. Joris de Wijze. 14. Mr. Albert ten Brink.
10. Pieter Meffert. 15. Johan van der Hoog.
92. en eindelijk dezen beroemden schilder.

FLINK. (govert)

No.

93. Dit stuk, in de manier van rembrand, verbeeldt Jacob, ontvangende den zegen van zijnen vader Izaak. Men ziet de vertwijfeling in het gelaat van den aartsvader, het verlangen van Rebekka, en de begeerte van Jacob zeer sprekende