— 300 —
van den Heer louis van houtte, willen wij kortelijk wedergeven.
De koninklijke Victoria bevindt zich aldaar in eene fraaije en ruime rotonde, opzettelijk voor hare cultuur ingerigt. In eene cirkelronde ruime kom of waterbak, die 25 nederl. ellen in omtrek heeft, ziet men hier en daar groote bladen drijven, die aan lange bladstelen als aan kabels zijn gehecht. Hier en daar bemerkt men nog te ontwikkelen en te ontplooijen bladknoppen. Elders verschijnen de bloemknoppen, waarvan zich tegen den avond de bekleedsels en de inwendige deelen achtereenvolgens en met kracht losmaken; slechts blijven de meer inwendige blaadjes gesloten, als scheen de bloem aldus haren maagdelijken staat te beschermen. Na den eersten nacht voegen zich de bloemblaadjes weder te zamen. Maar vóór dat de avondschemering nadert, ontplooit zij zich weder, doch dan geheel en al, en heeft zij de marmerwitte kleur, die hare blaadjes den vorigen dag vertoonden, met die van rozenrood verwisseld.
De kroon spreidt zich uit, eerst in den vorm van een' beker, daarna in dien van eene klok, terwijl hare randen op het water liggen; de roodheid