Pagina:Album der Natuur 1852 en 1853.djvu/704

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

— 284 —

op de pink der linkerhand van zijnen buurman ter regter zijde rust. Na eenen korteren of langeren tijd, begint er beweging in de tafel te komen; dan begint zij te draaijen, zich van hare plaatste bewegen enz., en dat wel op zulk eene wijze en in die rigting, als haar door een der medewerkers of der toeschouwers geboden wordt. Nog verwonderlijker is de zoogenaamde tafelspraak, waarbij de tafel, door middel van op- en nedergaande bewegingen, door kloppen, zekere getallen opgeeft, waarnaar gevraagd wordt, ofwel, door zich al of niet te buigen op de gedane vragen, ja of neen antwoordt. Men kan dit alles uitvoerig vinden in de berigten aangaande den tafeldans, die hetzij afzonderlijk, hetzij in tijdschriften, in grooten getale het licht zien.[1]

Dat deze en dergelijke verschijnselen werkelijk plaats hebben, daaraan twijfelt thans wel niemand meer, hoe vreemd en ongeloofelijk hem zulks in 't eerst ook in de ooren geklonken moge hebben. Het is te denken, dat von humboldt, dubois-reymond, en wie zich in den beginne ook meer van het geven eener verklaring van dit verschijnsel afmaakten, door stoutelijk het feit zelf te loochenen, thans dááromtrent wel tot andere gedachten gekomen zullen zijn. In het voorbijgaan zij gezegd, dat zulk een uit de hoogte verwerpen van nieuwe en vreemdluidende daadzaken altijd meer kwaad dan goed doet; want indien later de waarheid dier daadzaken toch blijkt, dan neemt het algemeen liever de onzinnigste verklaringen aan, dan dat het verder gehoor zoude geven aan hen, die zich eenmaal zulk een blijkbaar voorbarig en valsch oordeel veroorloofden.

Vraagt men nu, hoe de tafeldans wordt voortgebragt, dan antwoord ik, dat de geheele zaak, naar mijne overtuiging, te huis behoort op het gebied van het Mesmerisme of Hypnotisme, bepaaldelijk op dat der zoogenaamde electro-biologie. Het hypnotisme, waardoor alle verschijnselen van het zoogenaamd dierlijk-magnetisme en der electro-

  1. B.v. in het werkje van Dr. c. h. schauenburg, privaatdocent te Bonn, getiteld: Tafeldans en Tafelspraak,—waarvan gezegd is, dat het de blijken draagt van geschreven te zijn door iemand, die door zijne verregaande zucht om iets wonderlijks te zien en aan het licht te brengen, geheelenal de noodige onbevangenheid van oordeel mist, om hetgeen hij ziet wel waar te nemen en behoorlijk te duiden.