— 177 —
chemische omzetting als het ware ophoudt, het organische leven, ondanks de langdurige verstijving, wakker te houden. De roode kleur der sneeuw, die in Julij en Augustus zich over groote vlakte-uitgebreidheden uitstrekt, heeft aan het bestaan van zulke organismen haar aanwezen te danken. Het is opmerkelijk genoeg, dat kapitein ross even zulke organische ligchaampjes uit de sneeuwvelden der Poollanden medebragt, als er zich op de firnvlakten bevinden. Mikroskopische onderzoekingen hebben, in deze kleurende zelfstandigheid, zoowel met beweging begaafde, als beweginglooze schepselen doen ontdekken, aan welke allen een tal van namen is toegekend. Ook daar, in die oorden van eeuwige verstijving, heerscht dus nog leven. Ja, zoowel als voor de genoemde, zeer laag groeijende, en laag in rang staande planten, dient de gletscher nog tot woonplaats van infusoriën, en zelfs van insecten. In 't gezelschap der roode korreltjes bevindt zich vooral eene soort van raderdiertje, dat in het water der haarspleten van het ijs, dikwijls eenige duimen diep, naar beneden dringt. Vogt wijst het door den naam van Philodina roseola aan, en meende, dat vele roode korreltjes voor de eijeren van dit diertje moesten worden aangezien. Ik sprak ook van insekten. Er leeft op den gletscher een insekt, dat door de bewoners gletschervloo wordt genoemd, en dat reeds lang vóór 1839, toen desor het voor de eerstemaal op den Weissthorgletscher ontdekte, bij de bergbewoners bekend was. Het is een klein, zwart, zeer langwerpig diertje, met zes pooten, van geledingen voorziene voelers, dikken kop, en uit zes geledingen bestaand lijf, dat in twee takken eindigt. Nicolet heeft er den naam van Desoria glacialis aan gegeven. Het bevindt zich in eene buitengewoon groote menigte onder de steenen op het ijs; neemt men de steenen weg, zoo ontwijkt het al springende naar alle kanten. Volgens collomb sterft het in gedestileerd water, en het voedt zich derhalve met de zeer geringe hoeveelheid organische stof, die zich op den gletscher, en in het gesmolten ijs bevindt. Even als de in het noorden op de sneeuw ontdekte Boreus hyemalis, leeft Desoria glacialis, die sommigen voor dezelfde insekten-soort houden, bij temperaturen, die in den nacht ver onder het vriespunt