Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/439

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
17
DER SPINNEN.

andere, zeer gewone, bastaard-spin, die den naam van "water-spin" geheel en al ten onregte draagt. Men ziet deze soms in scholen, niet in, maar aan de oppervlakte van het water, waar zij met afwisselende beweging en rust, als stootsgewijze tegen den stroom op roeijen. Zij zijn platachtig eivormig, bruin van kleur, van onderen bedekt met als zilver glinsterende haartjes. Deze diertjes behooren in het geheel niet eens tot de spinachtigen, maar tot de halfvleugelige insekten, de Hemiptera. Het zijn eene soort van water-wantsen.

Bij de stelselmatige indeeling der ware spinnen, waarvan men bij walckenaer reeds een 1000-tal soorten vindt onderscheiden (alleen het geslacht Epeira telt 180 species), heeft men, behalve op de reeds besproken onderwerpen, onder anderen, bijzonder acht geslagen op het getal, de grootte, maar vooral de plaatsing der oogen, vooreerst in 2, 3 of zelfs 4 rijen; ten anderen wat hunne onderlinge verhouding

Spin-oogen

SPIN-OOGEN.