Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/567

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
143
DE MONDEN DER RIVIEREN.

aan haren mond gevormd heeft, en wanneer wij haren oorsprong van New-Orleans aan vast stellen, zoo heeft zij 100 Engelsche mijlen lengte. Zij bestaat uit fijn slib, dat jaarlijks, met eene ontzaggelijke menigte drijvende boomstammen en kleinere overblijfselen van planten gemengd, uit de Amerikaansche wouden wordt afgevoerd, en een half vasten, half drijvenden bodem aan weerszijden van den stroom vormt. Maar wij willen op die planten, en op den plantengroei der delta's in 't algemeen, later terugkomen, en thans de uit de voorafgaande beschouwingen afgeleide waarheden in een paar hoofdtrekken zamenvatten.

Waar eene rivier zich in eene diepe, onrustige zee uitstort, daar zal, vooral wanneer de rivierstroom krachtig is, het slib verre in zee weggevoerd worden, en geen delta ontstaan, gelijk ons de Amazonenstroom leert.

Waar eene krachtige rivier zich in eene niet zeer diepe, of in eene rustige zee uitstort, daar zal gelegenheid tot vorming van eene delta gegeven zijn. Op een aanmerkelijken afstand van den mond der rivier, bepaald door de kracht van den rivierstroom en de diepte der zee, zal het rivierwater tot stilstand komen, en een oeverwal ontstaan, en wanneer naar het land gerigte winden heerschen, zal daaruit later een hooge duinketen kunnen gevormd worden. Achter dien oeverwal of duinketen zal de binnenzee van lieverlede geheel met aanslibbingen worden opgevuld, gelijk ons de Nijl leeren kan. In nog minder diepe of zeer rustige zeeën, zal de delta zich ook buiten de duinketen vermogen uit te breiden, of zelfs eene delta zonder aanmerkelijke duinen in stand kunnen blijven; de Po en de Mississippi leveren ons voorbeelden van deze omstandigheden, en toonen ons tevens aan, hoe kunstmatige of natuurlijke ophooging der rivieroevers de ophooging van de delta vermindert en hare uitbreiding vermeerdert.

Wij zouden nog vele andere voorbeelden en wijzigingen dezer gevallen kunnen aangeven; wij zouden onze lezers op de kusten der Oostzee en op andere plaatsen kunnen wijzen, waar de vorming van lagunen aan de monden der rivieren zich zeer kennelijk openbaart; maar de vermelde daadzaken zullen voor de toepassing op