Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/874

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

58

Ontleding van zouten door den elektrischen stroom.—Om deze op de gewone en in alle leerboeken der natuurkunde beschrevene wijze in een "Collegien versuch" zigtbaar te maken, gebruikt men eene door violenstroop of roodekool aftreksel blaauw gekleurde oplossing van sulfas natricus of ander dergelijk zout in eene U vormig gebogen buis met platina-electroden. Ik heb deze inrigting voor eenigen tijd een anderen vorm gegeven; nevenstaande figuur stelt haar in die gewijzigde gedaante voor.

Fig 2.
Fig. 2.
Eene glazen buis van omstreeks 4 duimen middellijn en 12 à 15 duimen hoog is door een poreus middenschot A B in tweeën verdeeld en van onderen bevestigd in een houten voetstukje. De twee electroden C en C, reepjes platina van een paar duim mindere lengte dan de buis en ongeveer een duim breed, zijn door de in de figuur door stippellijnen aangeduide geleiddraden verbonden aan de beide verbindingschroeven B en D. Met eene oplossing als de boven aangehaalde gevuld, en met slechts twee Grove elementen of hun aequivalent in verbinding gebragt, vertoont dit toestelletje in weinige oogenblikken de roode kleur der oplossing aan de positive en de groene aan de negative elektrode. Met de gewone inrigting vereischt dit, of een aanmerkelijk langeren tijd of een sterkeren stroom, daar de wederstand in deze laatste veel grooter is, en daarenboven is het verschijnsel in het afgebeelde apparaatje, door de onmiddellijke nabijheid der beide helften, veel treffender en meer in het oog vallend.

Ln.
 

De zoogenaamde Azteken, die sedert eenige jaren in Europa ter bezigtiging worden rondgevoerd, zijn uitvoerig beschreven door rud. leubuscher te Jena, in een opstel, geplaatst in froriep's Notizen, Jahrg. 1856,11 Bd, N°. 6 en 7. De heer L. had eene uitmuntende gelegenheid om hen met de meeste naauwkeurigheid te kunnen waarnemen, daar hij te Berlijn den kleinen boschjesman, die met de Azteken vertoond wordt, eenige weken lang geneeskundig behandelde. Daar die met den naam van Azteken bestempelde kinderen thans ook ons vaderland doorreizen, acht Ref. het niet ongepast hier eenige uittreksels uit de genoemde beschrijving mede te deelen, met tusschenvoeging van eenige weinige aanmerkingen.

De Amerikaansche eigenaar dezer zonderlinge wezens, de heer morris, verkreeg hen te New-York van twee Spanjaarden, pedro velasquez en