Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/155

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
 

DE MENTAWEH-ARCHIPEL EN ZIJNE BEWONERS,

DOOR

g. w. westenberg.

 

 

Tusschen 0° 59' en 3° 41' Z.Br. en op 98° 30' tot 100° 40' O.L. strekt zich in eene noordwestelijke en zuidoostelijke rigting, op eenen afstand van ongeveer 13 Duitsche mijlen van de kust van Sumatra, eene groep eilanden uit, die, niettegenstaande slechts een kleine afstand haar scheidt van de belangrijke Nederlandsche volkplantingen op Sumatra's Westkust, evenwel weinig en onvolledig genoeg bekend zijn, om mij te doen vertrouwen, dat voor velen de hier volgende bijzonderheden aangaande die eilanden en hunne bewoners niet van belang zullen ontbloot zijn.

De Mentaweh- of Mentawei-eilandengroep dan bestaat uit vier groote en eenige kleine eilanden, van het noorden beginnende, naar het zuiden zich uitstrekkende, genaamd:

Siberoet, door de Mentaweijers Sibero en op de kaarten Noord-Pora, Mentaweh of ook Groot Fortuin genoemd;
Sepora, Pora of Zuid-Pora, bij de Mentaweijers Sikobo;
Noord-Poggij - Poggij heet bij de Maleijers Pake, bij de Mentaweijers Sigalagan.
Zuid-Poggij - Poggij heet bij de Maleijers Pake, bij de Mentaweijers Sigalagan.

Verder dienen tot de groep der Mentawei-eilanden nog gerekend te worden: de beide eilanden Sanding of Sandean; Poelo Mego of Biriloga, het zuidelijkste van al deze eilanden; de Panopo en Corrongo