Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/379

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
351
SCHETS EENER MARKT TE VALENCIA, IN SPANJE.

verrasten mij de prachtige bloeipluimen der trotsche Yucca's (Yucca filamentosa en gloriosa), welke vele boeren hier in hunne gewone tuinen kweeken.

(Naar e.a. rossmässler Reise-erinnerungen aus Spaniën. Leipzig 1857, II p. 144_148.)

Ten aanzien van het veelvuldig gebruik der zaden van peulvruchten in Spanje, voegen wij hier nog het volgende bij, dat ook voor een gedeelte bij ons in het Noorden toepasselijk is, uit dezelfde Reisbeschrijving. Deel I, pag. 155—158.

De Spanjaard gebruikt vele zaden van peulvruchten, op verschillende wijzen toebereid, als door instinkt geleerd, dat hierin veel voedsel in een klein bestek bevat is. Voor een gedeelte mogten wij dat gebruik wel navolgen, in plaats van de groote massa's weinig voedende aardappelen, die wij tot spijze aanwenden. Niet dat wij de aardappelen afgeschaft wilden hebben; maar wij wilden hun gebruik verminderd en voor een gedeelte door goed brood en vooral door zaden van peulvruchten vervangen hebben. De Spanjaard eet deze laatste het gansche jaar door. Als de straks genoemde garbanzos oud genoeg, dat wil zeggen, groot, doch nog niet volkomen rijp zijn, op het laatst van Mei, ziet men ze overal, een weinig opgeweekt, te koop aanbieden en menigeen, ook onder de aanzienlijken, koopt onder weg een handvol garbanzos en eet ze al voortgaande op.

Geweekte en ongezouten erwten zouden ons niet smaken; maar in Spanje wordt ook daarvan veel gebruik gemaakt. De groene zaden der paardeboonen werden voor rossmaessler, op zijne reis, alras een lievelingskost. Men neemt ze voor- en namiddag of aan tafel uit de steeds op de tafel liggende doppen en eet ze met een weinig zout, wanneer ze zeer goed smaken. Men noemt ze habas of abas[1] en eet ze vooral op het laatst van April.

v. H.
 

 
  1. Staat dit woord ook met het Latijnsche faba in verband?