Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/899

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
367
UITVINDINGEN OP NATUURKUNDIG GEBIED

wigt, aan wie de hedendaagsche wetenschap zooveel verschuldigd is?

Het antwoord is: het bestaat niet! Het bestaat nog niet, maar mag dit zoo blijven? Teregt is Haarlem trotsch op zijnen laurens koster, den grootsten der uitvinders, aan wiens nagedachtenis eindelijk na meer dan vier eeuwen, door de oprigting van zijn standbeeld, eene waardige hulde is bewezen. Teregt heeft Amsterdam diezelfde eer betoond aan zijnen rembrandt, dien vorst der Hollandsche schilderschool. Teregt prijkt op de groote markt te Rotterdam het standbeeld van erasmus, den fijn beschaafden en geleerden wegbereider der hervorming. Teregt wijst Vlissingen op het standbeeld van den edelsten zijner zonen, den als oorlogsheld en als mensch even grooten de ruiter. Maar waar vindt men hier te lande een standbeeld of zelfs een gedenkteeken, dat herinnert aan eenen beroemden natuurkundige? Aan eenen christiaan huygens b.v., den uitvinder der slingeruurwerken, den ontdekker van den ring van Saturnus, den grondlegger van de hedendaagsche theorie des lichts, den mededinger en overwinnaar van newton?

Erkennen wij het, onze landgenooten hebben zich tot hiertoe ondankbaar betoond jegens hen, die voor de veredeling des menschdoms oneindig meer gedaan hebben dan de voortreffelijkste schilder of de dapperste krijgsheld; voor hen, wier werken nog voortleven en zullen blijven voortleven tot in het verste nageslacht, wanneer de schilderstukken reeds lang eene prooi des tijds zijn geworden en de daden des krijgshelds reeds geheel tot het gebied der geschiedenis behooren.

Mogt ik eenen wensch uitspreken, dan zoude het deze zijn: dat op de fraaije markt te Middelburg een gedenkteeken verrijze, hetwelk de dankbare hulde van het nageslacht aan de twee burgers, waarop deze stad reden heeft trotsch te zijn, verkondigt. Een gedenkteeken in gothischen stijl, herinnerend aan de bouworde der kerk, tegen welke aan weerszijde vroeger hunne nederige woningen stonden. Aan twee der vier zijden, tegenover elkaar zoude ik de borstbeelden en bas relief van lippershey en van zacharias janssen wenschen geplaatst te zien. Hunne wezenstrekken zijn ons bewaard gebleven in twee gegraveerde platen in het thans zeer zeldzaam geworden boekje van borel. De beide hierbij gevoegde fac simile's zijn daarnaar genomen.