vinger, wel drie of vier honderd in getal, had uitgespuwd; iets dergelijks werd ook waargenomen bij eenen zoogenoemden Cuirass (eene andere soort van Silurus[1] . Van deze twee laatstgenoemde visschen wordt verder in het werk niet meer gesproken; daarentegen komt de Lau-lau andermaal voor in het beschrijvende gedeelte van het werk, en in schomburgk's vrij uitvoerige berigten over dezen visch wordt nu het verhaal over zijne jongen medegedeeld, met de bijvoeging, dat de jongen in groote troepen over den kop der moeder zwemmen; zonder dat echter op deze plaats duidelijker dan op die in de inleiding uit des schrijvers woorden blijkt, of hij uit eigene ervaring spreekt, dan of het hem door anderen gezegd werd[2]. Eindelijk schrijft schomburgk ook aan de dusgenoemde Arapaima of Piraroecoe (Sudis gigas) een dergelijk instinkt toe, terwijl hij in zijne opmerkingen over dezen reus onder de zoetwater-visschen verhaalt, dat de jongen, na uit het ei gekomen te zijn, eenigen tijd door de moeder beschut worden als bij den Lau-lau, en gewoonlijk over haar hoofd zwemmen.
Ook richard schomburgk spreekt in zijne reize van deze bijzondere bescherming der jongen bij den Lau-lau en bij den dusgenoemden Gillbakra (of, zoo als hij den naam schrijft, Killbagre)[3], maar kan wel naauwelijks aanspraak maken om in deze zaak als oorspronkelijk gezag aangehaald te worden, daar het weinige, dat hij mededeelt, oogenschijnlijk ontleend is aan de Fishes of Guiana, en niet schijnt te wijzen op eene verdere, persoonlijke nasporing, waartoe hem zijne reis aanleiding zou gegeven hebben.
De laatste schrijver eindelijk, die, zoo ver ik weet, van het meermalen gemelde instinkt melding maakt, is de graaf fr. de castelnau[4]
- ↑ Fishes of Guiana I, 144. Ik heb intusschen geene opheldering kunnen vinden, welke de visschen zijn, die in Demerara onder de boven gemelde namen bekend zijn, maar daar Gilbakra een zeevisch is, kan hij in allen geval wel een Galeichthys of Bagrus zijn.
- ↑ Fishes of Guiana, I, 194.
- ↑ Richard schomburgk Reisen in British-Guiana in den Jahren 1840—1844. Leipzig 1848, II, S. 456, III, S. 620.
- ↑ F. de castelnau, Expédition dans les parties centrales de l'Amérique du Sud, Septième Partie, Zoölogie, Poissons, par f. de castelnau, Paris, 1855, p. VIII.