Pagina:Album der Natuur 1860.djvu/190

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
164
OVER DE NOORDPOOLREIZEN IN DE LAATSTE JAREN.

zijn een zorg en arbeid en kosten besteed, die alles, wat in vroeger tijd tot dit doel verrigt is, verre te boven gaan. Mannen van wetenschap en beproefden moed werden uitgekozen om aan het hoofd dezer ondernemingen te staan. Het was nu niet meer alleen te doen, om gedurende den korten zomer in die streken te vertoeven; maar men toog uit met het bepaalde plan om in die onherbergzame oorden den langen winter door te brengen en zoo de ontdekking en nasporing dier gewesten, zomer en winter door, jaren lang voort te zetten.

Het kan ons dan ook geenszins bevreemden, dat de noordpooltogten in de jongst verloopen jaren niet weinig hebben bijgedragen om onze kennis aangaande den geographischen en physischen toestand der noordpoolgewesten aanmerkelijk uit te breiden. Een overzigt dezer togten en der meest belangrijke ontdekkingen, daarop gedaan, zal zeker voor de lezers van dit tijdschrift niet onbelangrijk zijn.

Onder deze gewigtige ontdekkingen bekleedt zeker het vinden van eenen noordwestelijken doortogt van den Atlantischen naar den grooten Oceaan eene eerste plaats.

Om echter het belang dezer ontdekking regt te verstaan, zal het noodig zijn, dat wij vooraf een blik werpen op de vroegere togten naar het hooge Noorden.

Sedert de noordpoolstreken de aandacht tot zich trokken, zijn er bij de honderd ontdekkingstogten gedaan, die, de eene meer de andere minder, hebben bijgedragen om ons met deze gewesten bekend te maken. Sebastiaan cabot was de eerste, die in het begin der zestiende eeuw in de noordelijke IJszee doordrong. Hij had zich het plan gevormd om eenen noordwestelijken doortogt boven Amerika om naar het Indische goudland te zoeken. Hij drong door tot in het midden van de Hudsonsbaai, en, toen hij daar eene ruime zee voor zich zag en met volle zeilen naar de Indien dacht te spoeden, dwong hem de muiterij van zijn scheepsvolk onverrigter zake terug te keeren. Onder de regering van koningin elisabeth werd het zoeken van dien doortogt als eene nationale zaak beschouwd. Martin frobisher volgde het spoor van cabot; maar ook hij werd genoodzaakt terug te keeren. Hij bragt van zijne reis niets anders mede dan eenige stalen