die overblijfselen eenen tot op eenige achterste gedeelten na volledigen schedel van 4 voet lengte zamen te stellen, den beroemden schedel van Diprotodon australis owen. Daarmede was het vroeger bestaan van een kolosaal dier aangetoond, waarvan de kiezen het Dinotherium herinneren, welks neusbeen gelijkt op dat van Rhinoceros tichorhinus, en hetwelk, 10-16 voet hoog, de grootte van Elephas primigenius moet hebben bereikt; maar ook dit paleontologische equivalent van onze diluviale pachydermen in Europa is een buideldier, een marsupiaal plantenetend dier, het naast verwant met de thans nog in Australië levende geslachten Macropus (Kangoeroe), Phascalomys (Wombat), en Phascolarctus (Koala). Zoo bevestigen ook de voorwereldlijke dieren van Australië het in vergelijking met dat der oude wereld geheel verschillend organisatiekarakter, dat ook de levende fauna vertoont.
In de verzameling van turner bevond zich ook de schedel van een tweede uitgestorven reusachtig buideldier van de grootte van een rhinoceros, hetwelk van den beroemden Australischen natuuronderzoeker w. macleay den naam van Zygomaturus trilobus ontving. Onlangs heeft echter owen aangetoond, dat deze Zygomaturus tot het reeds vroeger door hem gestelde geslacht Nototherium behoort en dat de beide fossile Australische soorten N. Mitchellii, de grootere, en de kleinere N. inerme niet onwaarschijnlijk slechts mannetje en wijfje van ééne soort zijn.
De kolossale schedels dezer voorwereldlijke dieren verwekten, toen zij te Sydney werden ten toon gesteld, de grootste verwondering onder het publiek. De heer turner bood zijne verzameling te koop aan, en deze werd in haar geheel aangekocht door zekeren heer boyd, die haar, nadat er, voor het Australische museum, onder de leiding van den Curator wall, gipsafgietsels van gemaakt waren, naar Engeland inscheepte. Doch zij bereikte hare bestemming niet. Men zegt, dat het schip, waarmede zij verzonden werd, op de Engelsche kust verging. Men hield haar voor verloren en voor het Britsche museum werden naar de modellen in het Australische museum gipsafgietsels vervaardigd.
Doch ziet! Nog tijdens het verblijf van Dr. hochstetter te Sydney kwam een brief van owen aan Dr. bennet aldaar aan, waarin de eerste meldt, dat de kostbare verzameling thans na 12 jaren op eene tot hiertoe onverklaarde wijze in haar geheel terug gevonden is, en wel in een lokaal tot publieke verkoopingen bestemd in Covent-Garden!
Borium-diamanten.—Men weet, dal het tot hiertoe niet gelukt is uit koolstof diamanten te vormen. Daarentegen is het wel gelukt kristallen van borium