Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1861.djvu/103

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
81
GETROKKEN VUURWAPENS EN ANDER MOORDTUIG.

Anglais ont des outils pour boutonner les guêtres, et des outils pour reparer les outils a boutonner les guêtres. Un Anglais qui va pêcher a la ligne se fait suivre d'un fourgon."—De Whitworth's worden van achteren geladen en aldaar gesloten door een soort van deksel, dat buitenom over het achtereinde geschroefd wordt. Ook deze inrigting schijnt op den duur nog veel te wenschen over te laten. De projectielen behoeven echter geene uitstekende vleugels of nokken te bezitten, daar zij door de zeshoekige gedaante de trekken niet kunnen verlaten; de trekken kunnen daardoor ook sneller omdraaijen.

Tusschen Armstrong en Whitworth is thans een wedstrijd geopend; waarvan de gevolgen, zoo al niet voordeelig voor beide partijen, het dan toch zeker voor de toeschouwende partij zal zijn, die zijn geld niet in de zaak gewaagd heeft; vooral zal de artillerie-wetenschap er haar voordeel bij doen.

Een andere wedstrijd bestaat in Frankrijk en in Engeland zoowel onderling als in eigen boezem. Want in beide landen schrikt men telkens als het ware over eigene vinding, en is men er telkens op bedacht, om met het verbeteren der aanvalsmiddelen ook de middelen om daaraan wederstand te bieden gelijken tred te laten houden. Zoo bekleedt men in beide landen de schepen met stalen en ijzeren platen, wier dikte allengs evenredig met de kracht der oorlogswapens toeneemt.

Ons doel in bovenstaande beschouwingen was een algemeen begrip te geven van de theorie en de inrigting der getrokken vuurwapens, zonder in te vele technische bijzonderheden te komen of in opgaven te vervallen van maten, gewigten enz. Om zich echter eenig bepaald denkbeeld te kunnen vormen van de meerdere of mindere helling der trekken, willen wij hier nog alleen opmerken, dat men zich de gemiddelde helling der schroefvormige trekken bij geweren moet voorstellen als die van een schroefdraad, die zich binnen in de ziel zóó rondslingert, dat hij op eene lengte van 2 el eens geheel rond zoude zijn gekomen; in de geweren komt elke trek dus nimmer geheel rond .

Bij de kanons verandert de lengte, waarop de trek eens geheel rond zou zijn geloopen, tusschen de 2 à 6 el. Hoe wijder ziel, hoe grooter

1861.
6