Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1862.djvu/276

Uit Wikisource
Er is een probleem opgetreden bij het proeflezen van deze pagina
254
DE STOUTSTE ONDERNEMING VAN ONZEN TIJD.

zien hier, even alsof de aarde met welgevallen de doorboring van hare korst zag ondernemen, dat zij zelve den arbeid voor den mensch gaat verrigten.

Het voor de luchtverdigtingstoestellen benoodigde water verschaft de beek, die uit het dal van Bardonnèche, naar de zijde waar men arbeidt, afdaalt. Dat water wordt eerst in een bekken verzameld, dat 50 ned. ellen boven den eigenlijken luchttoestel is gelegen, en vloeit uit dat reservoir, onder de aarde door, langs eene geleidbuis naar een tweede, lager liggend bekken.

Eindelijk valt het water uit dit laatste, door 10 groote metalen kokers, die door den muur van het luchtverdigtingsgebouw dringen, daar binnen, om er nuttig te worden aangewend. Fig. 2 geeft eene schets van de geheele inrigting.

Op deze plek in de tekst zou een afbeelding moeten verschijnen.

Fig. 2.

In deze figuur bemerken wij eene genoegzaam U-vormig gekromde buis X Y Z. X is het zoo even genoemde einde, dat door den muur des gebouws is gebragt. Bij A bevindt zich eene klep, waardoor het water, dat uit den lageren vergaarbak afvloeit, kan worden teruggehouden; dit is de inlaatklep. Bij B ligt eene tweede klep, die in eenen, op de buis A Y geplaatsten, cylindervormigen koker is besloten; deze is de uitlozingsklep, want het door de klep A toegelaten water kan men er door laten wegvloeijen, en daartoe dienen de openingen bij C; zij zijn door den zuiger gesloten bij zijnen laagsten stand, en geopend bij eenen hoogeren. Aan het einde van het regtopgaande deel Z der buis ligt bij C eene derde klep, die de gemeenschap kan