Pagina:Arbeiders.djvu/88

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
86

schuurdag was en de goede gelegenheid om een praatje met haar te gaan houden, wilde hij niet ongebruikt laten voorbijgaan.

Christine liet zich door zijne komst zelfs niet voor een oogenblik in haar werk storen. Zij spoelde de mat, die voor de deur lag in den emmer af, en doopte hare gezonde blanke armen geheel in het water. Daarna wrong zij de mat uit, strooide er wat zand op en begon toen de deur zoo te schuren, alsof zij de verf er af wilde boenen.

"Goeden morgen.... juffrouw Christine," riep Alfred, en hij liep vroolijk het vertrek binnen; toen hij echter zag, hoe weinig zij op zijne onverwachte komst acht sloeg, was hij een oogenblik met zijne houding verlegen en zeide:

"Kan ik hier even de post nazien, misschien is er wel een brief voor mij bij van mijn liefje."

Deze woorden zelfs scheen zij niet te hooren. Het onaangename geluid, dat het schuren veroorzaakte, deed zijne ooren pijnlijk aan; het ergerde hem, dat zij zoo met hart en ziel aan dit ruwe werk bezig was, en dat het haar volstrekt niet kon schelen, dat hij haar, en nog wel in zulk een costuum, zag.

Twee mannen gingen nu juist het raam, dat op de straat uitzag, voorbij. Alfred zag op. "Kijk daar komt je Oom en.... Johan natuurlijk ook."

Deze was juist van plan, scheen het, de poort in te gaan.

"Mijn broer komt, dat kan ik mij zoo denken, meer in het onderhuis van den concierge, dan in de eigenlijke woning; daar is hij een zeldzame gast; nu is het niet zoo?" Toen hij zich omdraaide, zag hij, dat Christine met emmer en al in de keuken was verdwenen en dat zij de deur had dicht gedaan.

Zeer boos gooide hij de courant, die hij in de hand hield, op de tafel en liep het vertrek weer uit. In de poort ont-