Pagina:Baumhauer1848WijLevenindeNatuur.djvu/47

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

— 43 —

eenige vraagbaak is zijner kudde, op de vragen omtrent de eenvoudigste natuurverschijnselen het antwoord moet schuldig blijven, en zijne onkunde bekennen in zaken, welke aan niemand, die op den titel van beschaving—ik zeg meer, op den eeretitel van mensch—aanspraak maakt, vreemd mogen blijven? Is het waarheid dat de Godsdienst geene zaak is van bespiegeling, geen dor geraamte van leerstellingen, maar een zuurdeesem, die geheel het menschelijk leven doordringt; dan zal ook de evangeliedienaar zijne roeping slechts ten halve vervullen, niet naar behooren en pligt kunnen woekeren met den hem toevertrouwden schat, zoo hij als vreemdeling ronddoolt in het rijk der natuur, te midden van hetwelk de mensch geroepen is zich te ontwikkelen en voor een hooger leven zich voor te bereiden. Die de geestelijke belangen tegen over en als in strijd met de stoffelijke zich voorstelt, hij zal zich bij elken tred op zijne loopbaan zien te leur gesteld; de zielverzorger daarentegen, die door