Pagina:Beschryving van Oud-Groenland.djvu/18

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

VOORBERICHT

verbeteren ; en dit heeft geweeft het wel- gegronde gevoelen yan wylen onze laatfte monarchen van Denemarken, en van veele vanhunne voornaamfte minifters , die zoo Veel werk daarvan hebben gemaakt , dat zy geen koften hebben gefpaart in het uitruften van fchepen 3 om hetzelve t 5 ontdekken, waarvan in vervolg zal gefprpkenworden. Dees ontdekking is wel voomaamlyk on* dernomen , op dat de Chriftelyke Gods-» dienft-, in die werreld'deelen ongelukkig verlorengeraakt, herftelt, en de -arme in* woners , naamlyk de afllammelingen der oude Noordfche Chriftenen 5 byaldien 5 er door Gods goedertierenheid noch gevonden mogten worden 3 als oprechte onderdanen