Pagina:Bosboom-Toussaint, Het Huis Honselaarsdijk in 1638 enz. (1886).pdf/163

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

al te weeke harte te steken, en dus mee te voeren naar uwe conveniëtie, om hem naar al de luimen van eigenbaat en ijdelheid aan te trekken of af te stooten; zijn hart is te goed om dus gebroken te worden, zijn tijd te goed, om dus te zijn gesleten en misbruikt, en zijne afkomst te goed, al is hij geen edelman, om voor iemands zottebol of tijdverdrijf te strekken, ware ’t ook eener Koningin! — Ik ben geen groot diplomaat, maar hier zal ik toch zien, of mijne slechte rondigheid in den strijd tegen vrouwelijke arglist niet ten leste verwinnaar wordt, en loopt de kans te zeer tegen, dan heb ik nog eene remedie, die afdoende is, schoon ik die om zijnentwil liefst op het uiterst zal appliceeren. Zoo voortpeinzende, ging hij met het hooge gezelschap voort, als het verlangen der Prinses was geweest, die hem zelfs niet lang aan zijn gepeins overliet, maar van tijd tot tijd zich naar hem omwendde en opmerkingen over kunst ontlokte, of aanmerkingen en vragen deed, die personen en zaken golden; wellicht lag haar groot plan met de Oranjezaal in het huis ten Bosch haar toen reeds onbestemd voor den geest; ’t is moeielijk te bepalen, maar zeker was hare grootsche kunstliefde reeds toen ten volle ontwikkeld, en het gesprek met Honthorst had dus voor haar meer aantrekkelijks, dan de hoofsche woorden, die zij met Maria moest wisselen.

Zoo waren ze dan aan de diergaarde gekomen, veelal het punt, waarheen de wandelingen der Koningin zich richtten, waar zij gewoon was zich eene wijle te verpoozen en rust te nemen, zich te verlustigen in het aanschouwen der vreemde dieren, of wel, onder dit voorwendsel, in hare overpeinzingen zich te verdiepen. Maria gaf dan gewoonlijk het sein tot een losser en vrijer toon; zij ging zitten, men groepte zich om haar heen, of verwijderde zich naar willekeur; soms hield ze enkele dames met zich; soms toonde zij het verlangen om alleen te blijven, of ook wel knoopte zij eenig ernstig en geheimzinnig onderhoud aan met een enkel persoon, ’t zij heer of dame; in één woord hier was men gewoon aan datgene wat Maria zich stellig voorgenomen had te doen, en wat dus geen opzien zou gewekt hebben, Diedrik, dien zij daar als bij geval zou ontmoet hebben, toe te spreken… en met hem eene van die gemakkelijke en natuurlijke samenkomsten te hebben, als wel nooit zonder te