Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/283

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Jeugdige lezeressen! ik ben geene stugge zedenpreekster, maar gelooft mij, de verbeeldingskracht is een gevaarlijk vuur, dat gij, vestalinnen der onschuld, liever moet laten smeulen dan voeden: de ingetogenheid der maagd is de beste waarborg voor het geluk der vrouw.

Chandos en Gardiner hadden zich lang tevergeefs vereenigd om van Maria vergiffenis voor Arabella te verkrijgen, want ook de Priester voelde zich gedrongen eene ongelukkige op te richten, tot wier verderf hij misdadig de hand had geleend. Doch eindelijk was het uitgesproken geworden, dat woord der koninklijke genade, en onder de leiding van den verstandigen gemaal, die nooit met overijling handelde, viel haar. een kalm en rustig levenslot ten deel. Haar broeder had met begeerd haar weêr te zien; hij had haar zijne verwijtingen willen sparen, want haar gedrag had hem diep gegriefd, en hij betreurde het, dat de dochter zijner moeder zijpaden had bewandeld, die zijn hooggestemd gevoel van eer beleedigden. In een brief aan Chandos had hij haar zijn vaarwel toegeroepen, toen hij Fotheringay-castle verliet. Hij schonk haar Devonshire-house, dat zij voortaan bewoonde.