Deze pagina is proefgelezen
In werelds tuin, tusschen Gods vaste lichten
En aardes jarelijks verjongd gelaat,
Hier waar in 't spel van zon en maan
De wolkalleeën opengaan
Tot al de spraaklooze gedichten
Der hemelsche gezichten,
Had ik verwacht uw dageraad:
'k Had u verwacht zooals wij beiden
In dit geduld zonder verwijt
En onvoorwaardelijk verblijden
God wachten op zijn eigen tijd,
Wij twee die samen daaglijks deelden
Van liefdes boom de vrucht zoo scherp en zoet,
En proefden in haar nasmaaks sidderende weelde
De heerlijkheid die Hem vermoedt.
In dit geduld zonder verwijt
En onvoorwaardelijk verblijden
God wachten op zijn eigen tijd,
Wij twee die samen daaglijks deelden
Van liefdes boom de vrucht zoo scherp en zoet,
En proefden in haar nasmaaks sidderende weelde
De heerlijkheid die Hem vermoedt.