Pagina:Constitutie voor het Koningrijk Holland (1806).pdf/9

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

dering van Hun Hoog Mogende, van de Departementale en Gemeente-Besturen verkozen worden.

Het Gemeente-Bestuur van de Residentie wordt benoemd, volgens de bepaling bij Art. 46 gemaakt.


Art. 16.

Leeraren van eenige Godsdienstige Gezindheid zijn niet verkiesbaar tot eenige Posten van politiek Bestuur.


Art. 17.

Krijgslieden stemmen niet, dan ter plaatse hunner vaste woning, afgescheiden van de plaats hunner Guarnisoenen.


Art.

De Eed van Getrouwheid is van den volgenden inhoud :

« Ik zwere gehoorzaamheid aan de Constitutie
« van het Koningrijk, en getrouwheid aan den
« Koning. »
 


TWEEDE AFDEELING.


Van den Koning.


Art. 19.

De Kroon van Holland behoort aan Zijne Majesteit