grote gewichtige nulliteit, rijk geworden als advocaat in Indië in een duistere praktijk met Chinezen, voortgeschopt in zijn carrière door een nog grotere, gewichtige nulliteit, zijn schoonvader, de oud gouverneur-generaal "Van Leeuwen". Het artikel viel daarna Van Naghels broer aan: de Commissaris der Koningin in Overijssel, en om te besluiten beloofde het in een volgend nummer van de Dwarskijker, eens een blik te geven in de onzedelijkheid der andere familieleden van deze, zich aan Chinezen rijk gezogen, bourgois, aan wie Indië nog niet de minste werkelijke verplichting had te wijten. En zeer duidelijk doelde de schrijver op de zuster van mevrouw Van Naghel: ook al een vrouw uit die hele hoge kringen, wier einde wel eens heel spoedig zou kunnen naderen in een al te voorziene en betere wereldorde: "de ex-ambassadrice" werd zij genoemd, en op het schandaal van De Staffelaer en Van der Welcke werd nog eens gezinspeeld; met de aanlokkelijke belofte de volgende week eens die oude dingen, die altijd interessant bleven, omdat zij gaven een kijk in die verdorven maatschappij der aristocratie, in al hun détails weer te geven. Constance lezende, voelde haar hart kloppen, het bloed haar stijgen naar haar wangen, en haar handen beefden, haar knieën knikten, zij voelde zich of zij zou flauw vallen. Zij begon zich al te wennen aan mondelinge lasteringen, maar zulke geschreven, voor ieder zichtbare, gedrukte artikelen, waren een ontsteltenis voor haar, en met puilende ogen las zij, en las zij over. Dat er zo over de haren en haar werd geschreven, dat er de volgende week nog meer in die lasterlijke trant over haar zou geschreven worden, zo niet laster, dan die onuitwisbare waarheid, vervulde haar met een wanhoop, een radeloosheid. Zij wist niet wat te doen, toen zij, vaag, de verschrikte ogen dwalende, zag tussen de rekeningen en de papieren nog een ander papier: "Attentie s.v.p.!! Men gelieve zich in te tekenen op De Dwarskijker, abonnementsprijs voor ieder trimester vijftig gulden." Met de vette letters van een brutale chantage, werd het berichtje gegeven, en zij begreep het dadelijk: zij begreep wat beduidde dat abonnement op een schandblaadje voor tweehonderd gulden in het jaar! Maar zij begreep ook, dat, al zond zij nu dadelijk de vijftig gulden of tweehonderd, dat toch geen waarborg zou zijn voor verdere diffamatie of oplichterij, en zij wist niet wat te doen...
Zij dacht eerst het blaadje te verbergen voor Van der Welcke, maar zij was zo zenuwachtig die gehele dag, dat zij, na den eten, terwijl Addy naar boven was, het toonde aan haar man. Hij werd heel kwaad, met de nerneuze drift van zijn natuur, die zich meestal wist in te houden om niet in te hevige scènes met zijn vrouw te vervallen. Hij vloekte, balde zijn vuisten, liep onmachtig de kamer op en neer, lust hebbende iets te breken, of op straat te gaan, en te razen tegen Den Haag, zijn huizen, zijn mensen. Ook hem was het gedrukte pamflet — vooral